50 vertalingen voor het Nederlandse woord `morgen`

1. morgen = smerges (Geels)
2. morgen = mürge (Opglabbeeks)
3. morgen = boitlette (Brussels)
4. morgen = merrege (Herwijns)
5. morgen = drölleke drie (Tilburgs)
6. morgen = morreguh (Haags)
7. morgen = 2morrow (Chattaal)
8. morgen = maan, margen, moan (Achterhoeks)
9. morgen = maan (Groesbeeks)
10. morgen = maan (Staphorsts)
11. Morgen = Maan'n, marregen (Hierdens)
12. morgen = maan'n (Elspeet)
13. morgen = maarge (Barnevelds)
14. morgen = maarn (Giesbaargs)
15. morgen = maerrege (Ouddorps)
16. morgen = mare (Waaslands)
17. morgen = marehe (Zeeuws)
18. morgen = màren (Melseels)
19. Morgen = Marrege (Rijsoords)
20. morgen = me (Kerkdriels)
21. morgen = meire (Marks)
22. morgen = meiren (Hams)
23. morgen = meiren (Moes)
24. morgen = maren (Giesbaargs)
25. morgen = mên'n (Deventers)
26. morgen = mérrege (Betuws)
27. morgen = mèrege (Hedels)
28. morgen = mèrege (Kaatsheuvels)
29. morgen = mèrege (Boekels)
30. morgen = merge (Nederweerts)
31. morgen = mérge (Bilzers)
32. morgen = merge (Boksmeers)
33. morgen = merge (Riekevorts)
34. morgen = merge (Opheusdens)
35. morgen = merge (Oirschots)
36. morgen = merge (Kerkdriels)
37. morgen = mèrge (n) (Zeeuws)
38. morgen = mergen (Woensels)
39. morgen = mergen (Brabants)
40. Morgen = Maerge (Venrays)
41. morgen = meregge (Boksmeers)
42. morgen = merreg, n (Axels)
43. morgen = merrege (Nijmeegs)
44. morgen = merrege; ook murrege (Hoeksche Waards)
45. morgen = merrehen (Zeeuws)
46. morgen = merruggu (Udens)
47. morgen = meurige (Margratens)
48. morgen = Moagh (Haags)
49. morgen = mohe (Zeeuws)
50. morgen = morge (Venloos)

1 vertalingen voor het dialectwoord `morgen`

1. Morgen = Ochtend (Hoogeveens)