50 vertalingen voor het Nederlandse woord `haar`

1. haar = hoar (Lutters)
2. Haar = ââr (Willebroeks)
3. haar = der (Veghels)
4. haar = ére / éir (Dendermonds)
5. haar = eure (Mechels (BE))
6. haar = haer (Flakkees)
7. haar = haer (Ouddorps)
8. haar = haor (Venloos)
9. haar = haor (Lanakens)
10. haar = hoar (Twents)
11. haar = heer (Westfries)
12. haar = heur, eur (Achterhoeks)
13. haar = heur (Westfries)
14. haar = heur (Gronings)
15. haar = heur (Geels)
16. haar = heur (Riekevorts)
17. haar = heur (Boekels)
18. haar = heur (Overpelts)
19. haar = heur (Lommels)
20. haar = hoar (Boekels)
21. haar = hoor (Elspeet)
22. haar = huir (als het franse 'leur') (Nijmeegs)
23. haar = neur (Heuvellands)
24. haar = oar (Urkers)
25. haar = oar (Zeels)
26. haar = oar (Lochristis)
27. haar = oar (Harelbeeks)
28. haar = oor (Leuvens)
29. haar = 'oer (Brussels)
30. haar = eur (Antwerps)
31. haar = hêur (Sjilvends)
32. haar = heur (Heldens)
33. haar = heur (Lommels)
34. haar = hoar (Heldens)
35. Haar = Hoar (Zurriks)
36. haar = hoar (helmonds)
37. haar = hoar (Zeels)
38. Haar = Huir ('ui' als het franse 'leur') (Arnhems)
39. haar = heur (Betuws)
40. haar = eur (Brugs)
41. haar = aor (Zeeuws)
42. haar = oar (Zeeuws)
43. haar = der (Culemborgs)
44. haar = hur (Geldermalsens)
45. haar = tomp (venrays)
46. haar = hoar (v.) (Eys)
47. haar = oar (Hams)
48. haar = heur (Bloals)
49. haar = hoar (Vaassens)
50. haar = oer (Herns (Herne, VL-B))

4 vertalingen voor het dialectwoord `haar`

1. haar = naar links (Bilzers)
2. haar = rechts (Munsterbilzen - Minsters)
3. haar = rechts (Opglabbeeks)
4. haar = rechts (paard) (Munsterbilzen - Minsters)