50 vertalingen voor het Nederlandse woord `vernielen`

1. vernielen = renneweren, vermassacreren (Opwijks)
2. vernielen = zeeg (Brabants)
3. vernielen = abumeern, akmandeern, kandièèln, verdestruuweern, verdommeliern, vermoîrdn, vermoîschn, vermonsakreern (Kortemarks)
4. vernielen = keurt en klaein sloage (Antwerps)
5. vernielen = ofjakkere (Westfries)
6. vernielen = rinneweer'n (Axels)
7. vernielen = rinnewere (Westfries)
8. vernielen = verdestreweer' n (Waregems)
9. vernielen = verenneweere (Antwerps)
10. vernielen = verhoazen (Bilzers)
11. vernielen = verinneweren (Achels)
12. vernielen = vernele (Venloos)
13. vernielen = veronzjoeren (Overpelts)
14. vernielen = verrinneweere (Hulsters (NL))
15. vernielen = verschendelesieren (Groesbeeks)
16. vernielen = kokkedun (Poperings)
17. vernielen = rinnuéren (Oudenbosch)
18. vernielen = verdesleweren (Knesselaars)
19. vernielen = verhenneweren (Epers)
20. vernielen = verinnewere (Steenbergs)
21. vernielen = verrannewere (Heerlens)
22. vernielen = verrinneweren (Zeels)
23. vernielen = verrunnewere (Weerts)
24. vernielen = verschandelesiere (Genneps)
25. vernielen = verinnewere (Oudenbosch)
26. vernielen = verrinneweere (Flakkees)
27. vernielen = verrinnewere (Mestreechs)
28. vernielen = verinnoeweren (Brabants)
29. vernielen = verrinoeweren (Brabants)
30. vernielen = mòllen (Kampers)
31. vernielen = vertestewere (Kinroois)
32. vernielen = vertesteveern (Nunspeets)
33. Vernielen = Verdisterweire (Kortenbergs)
34. vernielen = vërwo'zze (Hoeselts)
35. vernielen = vermassakreren (Werviks)
36. vernielen = verdistreweire (Melsbroeks)
37. vernielen = vermassakreire (Melsbroeks)
38. vernielen = verrenneweere (Herentals)
39. vernielen = veranouiëre (Bilzers)
40. vernielen = veranuieëre (Bilzers)
41. vernielen = verroëze (Bilzers)
42. vernielen = verinneweren (Westels)
43. vernielen = verkammerzalen (Groesbeeks)
44. vernielen = verrennewere (Kinroois)
45. vernielen = verannewiëre (Munsterbilzen - Minsters)
46. vernielen = verrinnewere (Olens)
47. vernielen = verroëze (Munsterbilzen - Minsters)
48. vernielen = ferrinnewearje (Fries)
49. vernielen = ranketten (Sint-Laureins)
50. vernielen = massekreere, verenneweere (Genker)