Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: zigzaggen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gezigzagd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik zigzag
jij zigzagt
hij zigzagt
wij zigzaggen
jullie zigzaggen
zij zigzaggen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gezigzagd
jij hebt gezigzagd
hij heeft gezigzagd
wij hebben gezigzagd
jullie hebben gezigzagd
zij hebben gezigzagd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik zigzagde
jij zigzagde
hij zigzagde
wij zigzagden
jullie zigzagden
zij zigzagden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gezigzagd
jij had gezigzagd
hij had gezigzagd
wij hadden gezigzagd
jullie hadden gezigzagd
zij hadden gezigzagd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal zigzaggen
jij zult zigzaggen
hij zal zigzaggen
wij zullen zigzaggen
jullie zullen zigzaggen
zij zullen zigzaggen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gezigzagd hebben
jij zult gezigzagd hebben
hij zal gezigzagd hebben
wij zullen gezigzagd hebben
jullie zullen gezigzagd hebben
zij zullen gezigzagd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou zigzaggen
jij zou zigzaggen
hij zou zigzaggen
wij zouden zigzaggen
jullie zouden zigzaggen
zij zouden zigzaggen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gezigzagd hebben
jij zou gezigzagd hebben
hij zou gezigzagd hebben
wij zouden gezigzagd hebben
jullie zouden gezigzagd hebben
zij zouden gezigzagd hebben

Gebiedende wijs
zigzag

Aanvoegende wijs
zigzagge

Voorbeelden

  1. Zigzag-manoeuvres!
    Evasive manoeuvres!
  2. Van de Zigzag-sportclub.
    He owns the Zigzag Sports Club.
  3. Oké, hoeveel bultjes op het zigzag?
    Okay, how many humps on the zigzag?
  4. Amy, ik zei de zigzag plotter!
    Amy, I said the zigzag plotter!
  5. Ja, zie je de, euh... het zigzag dubbel H wafel zigzag loopvlak van die banden?
    Yeah, you see the, uh... the zigzag double H waffle zigzag tread on those tires?
  6. Zigzag tot je in een boom kunt klimmen.
    Run zigzag until you can climb a tree.
  7. Hou de zigzag plotter op volledig, dat zal je beschermen.
    Just keep the zigzag plotter on full, that 'll protect you.
  8. * And then a zigzag step, slide lean it left, clap three times
    # And then a zigzag step, slide lean it left, clap three times
  9. Je moet zigzaggen.
    You have to zigzag.
  10. Vergeet niet te zigzaggen.
    Remember to zigzag.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden