Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: wrijven

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gewreven

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik wrijf
jij wrijft
hij wrijft
wij wrijven
jullie wrijven
zij wrijven

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gewreven
jij hebt gewreven
hij heeft gewreven
wij hebben gewreven
jullie hebben gewreven
zij hebben gewreven

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik wreef
jij wreef
hij wreef
wij wreven
jullie wreven
zij wreven

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gewreven
jij had gewreven
hij had gewreven
wij hadden gewreven
jullie hadden gewreven
zij hadden gewreven

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal wrijven
jij zult wrijven
hij zal wrijven
wij zullen wrijven
jullie zullen wrijven
zij zullen wrijven

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gewreven hebben
jij zult gewreven hebben
hij zal gewreven hebben
wij zullen gewreven hebben
jullie zullen gewreven hebben
zij zullen gewreven hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou wrijven
jij zou wrijven
hij zou wrijven
wij zouden wrijven
jullie zouden wrijven
zij zouden wrijven

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gewreven hebben
jij zou gewreven hebben
hij zou gewreven hebben
wij zouden gewreven hebben
jullie zouden gewreven hebben
zij zouden gewreven hebben

Gebiedende wijs
wrijf

Aanvoegende wijs
wrijve

Voorbeelden

  1. Wrijf je gezicht erin!
    I mean jam your face in it!
  2. Wrijf jezelf direct schoon.
    Wipe yourselves down right now.
  3. Ik wrijf helemaal niks.
    I 'm not rubbing anything.
  4. Wrijf het er maar in.
    You want to rub it in now?
  5. Wrijf het maar in, Utah.
    Don 't rub it in, Utah.
  6. Wrijf dit in jouw haar.
    Rub this in your hair.
  7. Wrijf ze in met olie.
    Coat them with oil.
  8. Wrijf het tegen de mijne.
    Rub it against mine.
  9. Wrijf me in of sterf.
    Rub me with oil or die.
  10. zuigen, zuigen, mooi, mooi, wrijf erover.
    Gobble, gobble, nice, nice, give it a rub.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden