Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: wegslaan

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
weggeslagen

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik sla weg
jij slaat weg
hij slaat weg
wij slaan weg
jullie slaan weg
zij slaan weg

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik wegsla
dat jij wegslaat
dat hij wegslaat
dat wij wegslaan
dat jullie wegslaan
dat zij wegslaan

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb weggeslagen
jij hebt weggeslagen
hij heeft weggeslagen
wij hebben weggeslagen
jullie hebben weggeslagen
zij hebben weggeslagen

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik sloeg weg
jij sloeg weg
hij sloeg weg
wij sloegen weg
jullie sloegen weg
zij sloegen weg

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik wegsloeg
dat jij wegsloeg
dat hij wegsloeg
dat wij wegsloegen
dat jullie wegsloegen
dat zij wegsloegen

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had weggeslagen
jij had weggeslagen
hij had weggeslagen
wij hadden weggeslagen
jullie hadden weggeslagen
zij hadden weggeslagen

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal wegslaan
jij zult wegslaan
hij zal wegslaan
wij zullen wegslaan
jullie zullen wegslaan
zij zullen wegslaan

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal weggeslagen hebben
jij zult weggeslagen hebben
hij zal weggeslagen hebben
wij zullen weggeslagen hebben
jullie zullen weggeslagen hebben
zij zullen weggeslagen hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou wegslaan
jij zou wegslaan
hij zou wegslaan
wij zouden wegslaan
jullie zouden wegslaan
zij zouden wegslaan

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou weggeslagen hebben
jij zou weggeslagen hebben
hij zou weggeslagen hebben
wij zouden weggeslagen hebben
jullie zouden weggeslagen hebben
zij zouden weggeslagen hebben

Gebiedende wijs
sla weg

Aanvoegende wijs
wegsla

Voorbeelden

  1. Nou, Nadia, als het voor jou niet uitmaakt, zal ik het wegslaan.
    Well, Nadia, if it 's all the same to you, I 'd like to give it a bash.
  2. Uit schrik wil ze dat beest wegslaan, maar raakt mij en slaat mijn kies uit mijn mond.
    She does this big pelvic thrust, cracks my tooth and sends it down my throat.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden