Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: wegbergen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
weggeborgen

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik berg weg
jij bergt weg
hij bergt weg
wij bergen weg
jullie bergen weg
zij bergen weg

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik wegberg
dat jij wegbergt
dat hij wegbergt
dat wij wegbergen
dat jullie wegbergen
dat zij wegbergen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb weggeborgen
jij hebt weggeborgen
hij heeft weggeborgen
wij hebben weggeborgen
jullie hebben weggeborgen
zij hebben weggeborgen

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik borg weg
jij borg weg
hij borg weg
wij borgen weg
jullie borgen weg
zij borgen weg

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik wegborg
dat jij wegborg
dat hij wegborg
dat wij wegborgen
dat jullie wegborgen
dat zij wegborgen

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had weggeborgen
jij had weggeborgen
hij had weggeborgen
wij hadden weggeborgen
jullie hadden weggeborgen
zij hadden weggeborgen

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal wegbergen
jij zult wegbergen
hij zal wegbergen
wij zullen wegbergen
jullie zullen wegbergen
zij zullen wegbergen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal weggeborgen hebben
jij zult weggeborgen hebben
hij zal weggeborgen hebben
wij zullen weggeborgen hebben
jullie zullen weggeborgen hebben
zij zullen weggeborgen hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou wegbergen
jij zou wegbergen
hij zou wegbergen
wij zouden wegbergen
jullie zouden wegbergen
zij zouden wegbergen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou weggeborgen hebben
jij zou weggeborgen hebben
hij zou weggeborgen hebben
wij zouden weggeborgen hebben
jullie zouden weggeborgen hebben
zij zouden weggeborgen hebben

Gebiedende wijs
berg weg

Aanvoegende wijs
wegberge

Voorbeelden

  1. Wilma, haal iedereen bij die berg weg.
    Wilma, clear everybody from the vicinity of that berg.
  2. Tenzij we sterven op deze ijzige berg weg.
    Unless we die on this icy mountain road.
  3. Dat wordt een groot gat als die berg weg is.
    There 's gonna be a big hole in the sky with that mountain gone.
  4. De vloot wegbergen, zeg je?
    mothballing the fleet, you say?
  5. Je kan toch niet mijn whisky wegbergen.
    You can 't lock up a man 's whiskey.
  6. Kunnen we de krant deze ene avond niet wegbergen?
    Can 't we put away the paper this one evening?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden