Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: weergeven

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
weergegeven

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik geef weer
jij geeft weer
hij geeft weer
wij geven weer
jullie geven weer
zij geven weer

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik weergeef
dat jij weergeeft
dat hij weergeeft
dat wij weergeven
dat jullie weergeven
dat zij weergeven

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb weergegeven
jij hebt weergegeven
hij heeft weergegeven
wij hebben weergegeven
jullie hebben weergegeven
zij hebben weergegeven

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik gaf weer
jij gaf weer
hij gaf weer
wij gaven weer
jullie gaven weer
zij gaven weer

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik weergaf
dat jij weergaf
dat hij weergaf
dat wij weergaven
dat jullie weergaven
dat zij weergaven

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had weergegeven
jij had weergegeven
hij had weergegeven
wij hadden weergegeven
jullie hadden weergegeven
zij hadden weergegeven

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal weergeven
jij zult weergeven
hij zal weergeven
wij zullen weergeven
jullie zullen weergeven
zij zullen weergeven

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal weergegeven hebben
jij zult weergegeven hebben
hij zal weergegeven hebben
wij zullen weergegeven hebben
jullie zullen weergegeven hebben
zij zullen weergegeven hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou weergeven
jij zou weergeven
hij zou weergeven
wij zouden weergeven
jullie zouden weergeven
zij zouden weergeven

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou weergegeven hebben
jij zou weergegeven hebben
hij zou weergegeven hebben
wij zouden weergegeven hebben
jullie zouden weergegeven hebben
zij zouden weergegeven hebben

Gebiedende wijs
geef weer

Aanvoegende wijs
weergeve

Voorbeelden

  1. Geef weer betekenis aan je leven, of je dood.
    Give your life some meaning again, or death some purpose.
  2. Chemisch weergeven?
    Draw them chemically?
  3. Zij kunnen niets weergeven.
    They can 't reflect anything.
  4. Kun je het volledig scherm weergeven?
    Can you put it in full screen?
  5. Je foto' s moeten dat weergeven.
    So I want your photos to reflect that.
  6. Ik wil je ogen goed kunnen weergeven.
    I just wanna get your eyes right.
  7. Laat het verslag weergeven dat Wendy Tim Brewster aanwees.
    Let the record reflect that Wendy pointed to Tim Brewster.
  8. De dragen allemaal badges die blootstelling aan straling weergeven.
    You 'll all be issued with radiation badges that track our exposure.
  9. Er zijn geen woorden voor die mijn berouw kunnen weergeven.
    There are no words to duly express my remorse.
  10. Zoek naar signalen die de terugkeer van de Marauder weergeven.
    Monitor for any signs of the Marauder 's return.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden