Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: wedijveren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gewedijverd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik wedijver
jij wedijvert
hij wedijvert
wij wedijveren
jullie wedijveren
zij wedijveren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gewedijverd
jij hebt gewedijverd
hij heeft gewedijverd
wij hebben gewedijverd
jullie hebben gewedijverd
zij hebben gewedijverd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik wedijverde
jij wedijverde
hij wedijverde
wij wedijverden
jullie wedijverden
zij wedijverden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gewedijverd
jij had gewedijverd
hij had gewedijverd
wij hadden gewedijverd
jullie hadden gewedijverd
zij hadden gewedijverd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal wedijveren
jij zult wedijveren
hij zal wedijveren
wij zullen wedijveren
jullie zullen wedijveren
zij zullen wedijveren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gewedijverd hebben
jij zult gewedijverd hebben
hij zal gewedijverd hebben
wij zullen gewedijverd hebben
jullie zullen gewedijverd hebben
zij zullen gewedijverd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou wedijveren
jij zou wedijveren
hij zou wedijveren
wij zouden wedijveren
jullie zouden wedijveren
zij zouden wedijveren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gewedijverd hebben
jij zou gewedijverd hebben
hij zou gewedijverd hebben
wij zouden gewedijverd hebben
jullie zouden gewedijverd hebben
zij zouden gewedijverd hebben

Gebiedende wijs
wedijver

Aanvoegende wijs
wedijvere

Voorbeelden

  1. Wedijver slechts met zichzelf.
    Rivaled only by yourself.
  2. Er lijkt sprake te zijn van wedijver.
    There seems to be an element of competition here,
  3. Mannen wedijveren niet met je?
    Don 't men compete with you?
  4. Ze wedijveren allemaal met me.
    They 're all competing with me.
  5. Wedijveren met de besten ter wereld.
    To compete with the best of the best in the world.
  6. Ik zou daar kunnen met wedijveren.
    I could compete with that.
  7. De traagste zal niet meer wedijveren.
    The slowest will not compete again.
  8. Ik kan nooit wedijveren met Lindsay.
    I can never compete with Lindsay.
  9. Hoe moet ik met deze vent wedijveren?
    How am I supposed to compete with this guy?
  10. Je vertelde me dat Cal niet zou wedijveren.
    You told me Cal would not compete.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden