Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: webcasten

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gewebcast

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik webcast
jij webcast
hij webcast
wij webcasten
jullie webcasten
zij webcasten

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gewebcast
jij hebt gewebcast
hij heeft gewebcast
wij hebben gewebcast
jullie hebben gewebcast
zij hebben gewebcast

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik webcastte
jij webcastte
hij webcastte
wij webcastten
jullie webcastten
zij webcastten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gewebcast
jij had gewebcast
hij had gewebcast
wij hadden gewebcast
jullie hadden gewebcast
zij hadden gewebcast

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal webcasten
jij zult webcasten
hij zal webcasten
wij zullen webcasten
jullie zullen webcasten
zij zullen webcasten

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gewebcast hebben
jij zult gewebcast hebben
hij zal gewebcast hebben
wij zullen gewebcast hebben
jullie zullen gewebcast hebben
zij zullen gewebcast hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou webcasten
jij zou webcasten
hij zou webcasten
wij zouden webcasten
jullie zouden webcasten
zij zouden webcasten

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gewebcast hebben
jij zou gewebcast hebben
hij zou gewebcast hebben
wij zouden gewebcast hebben
jullie zouden gewebcast hebben
zij zouden gewebcast hebben

Gebiedende wijs
webcast

Aanvoegende wijs
webcaste

Voorbeelden

  1. Er komt een webcast binnen.
    A webcast is on servers all over the place.
  2. Deze webcast is vanuit ons huis in Albany.
    And we are webcasting from our home here in Albany.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden