Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: warmen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gewarmd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik warm
jij warmt
hij warmt
wij warmen
jullie warmen
zij warmen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gewarmd
jij hebt gewarmd
hij heeft gewarmd
wij hebben gewarmd
jullie hebben gewarmd
zij hebben gewarmd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik warmde
jij warmde
hij warmde
wij warmden
jullie warmden
zij warmden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gewarmd
jij had gewarmd
hij had gewarmd
wij hadden gewarmd
jullie hadden gewarmd
zij hadden gewarmd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal warmen
jij zult warmen
hij zal warmen
wij zullen warmen
jullie zullen warmen
zij zullen warmen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gewarmd hebben
jij zult gewarmd hebben
hij zal gewarmd hebben
wij zullen gewarmd hebben
jullie zullen gewarmd hebben
zij zullen gewarmd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou warmen
jij zou warmen
hij zou warmen
wij zouden warmen
jullie zouden warmen
zij zouden warmen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gewarmd hebben
jij zou gewarmd hebben
hij zou gewarmd hebben
wij zouden gewarmd hebben
jullie zouden gewarmd hebben
zij zouden gewarmd hebben

Gebiedende wijs
warm

Aanvoegende wijs
warme

Voorbeelden

  1. Warm
    Hot
  2. Warm, maar niet warm genoeg.
    Close, but not close enough.
  3. Is het hier warm? Warm?
    Is it warm in here?
  4. Ik ben warm, ik ben warm.
    I 'm warm, I 'm warm.
  5. Ongelooflijk warm.
    Unbelievably hot.
  6. Kruip erin, krijg warm, krijg haar warm.
    Slip in, get warm, get her warm.
  7. Het zal erg warm worden jongens, zeer warm.
    It 's going to get very hot. Very hot.
  8. Warm - of koudbloedig?
    Warm or cold-blooded?
  9. Ergens veilig, warm.
    Somewhere safe, warm.
  10. Lekker warm daarboven?
    Nice and warm for you up there?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden