Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: voorzingen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
voorgezongen

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik zing voor
jij zingt voor
hij zingt voor
wij zingen voor
jullie zingen voor
zij zingen voor

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik voorzing
dat jij voorzingt
dat hij voorzingt
dat wij voorzingen
dat jullie voorzingen
dat zij voorzingen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb voorgezongen
jij hebt voorgezongen
hij heeft voorgezongen
wij hebben voorgezongen
jullie hebben voorgezongen
zij hebben voorgezongen

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik zong voor
jij zong voor
hij zong voor
wij zongen voor
jullie zongen voor
zij zongen voor

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik voorzong
dat jij voorzong
dat hij voorzong
dat wij voorzongen
dat jullie voorzongen
dat zij voorzongen

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had voorgezongen
jij had voorgezongen
hij had voorgezongen
wij hadden voorgezongen
jullie hadden voorgezongen
zij hadden voorgezongen

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal voorzingen
jij zult voorzingen
hij zal voorzingen
wij zullen voorzingen
jullie zullen voorzingen
zij zullen voorzingen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal voorgezongen hebben
jij zult voorgezongen hebben
hij zal voorgezongen hebben
wij zullen voorgezongen hebben
jullie zullen voorgezongen hebben
zij zullen voorgezongen hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou voorzingen
jij zou voorzingen
hij zou voorzingen
wij zouden voorzingen
jullie zouden voorzingen
zij zouden voorzingen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou voorgezongen hebben
jij zou voorgezongen hebben
hij zou voorgezongen hebben
wij zouden voorgezongen hebben
jullie zouden voorgezongen hebben
zij zouden voorgezongen hebben

Gebiedende wijs
zing voor

Aanvoegende wijs
voorzinge

Voorbeelden

  1. Ik zing voor de senator.
    I 'm singing to the senator!
  2. Ik zing voor criminelen en gedegenereerden.
    I sing for criminals and degenerates.
  3. Zing voor je leven, marionet, kom op.
    Then sing for your life, puppet. Come on.
  4. zing voor jezelf, want jullie zijn gezegend
    Sing out for yourselves for you are blessed
  5. Zonder handschoentjes ik zing voor je over onze liefde
    Without no gloves I sing to you of all our love
  6. ik zing voor jou over hoe lief je bent
    I sing to you About your sweetness
  7. voorzingen
    lead the singing
  8. voorzingen aan iemand
    sing to someone
  9. Hij wil dat ik een speciaal lied zing voor de vrouw in zijn leven.
    He wanted to do a special song for the lady in his life.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden