Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: voortellen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
voorgeteld

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik tel voor
jij telt voor
hij telt voor
wij tellen voor
jullie tellen voor
zij tellen voor

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik voortel
dat jij voortelt
dat hij voortelt
dat wij voortellen
dat jullie voortellen
dat zij voortellen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb voorgeteld
jij hebt voorgeteld
hij heeft voorgeteld
wij hebben voorgeteld
jullie hebben voorgeteld
zij hebben voorgeteld

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik telde voor
jij telde voor
hij telde voor
wij telden voor
jullie telden voor
zij telden voor

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik voortelde
dat jij voortelde
dat hij voortelde
dat wij voortelden
dat jullie voortelden
dat zij voortelden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had voorgeteld
jij had voorgeteld
hij had voorgeteld
wij hadden voorgeteld
jullie hadden voorgeteld
zij hadden voorgeteld

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal voortellen
jij zult voortellen
hij zal voortellen
wij zullen voortellen
jullie zullen voortellen
zij zullen voortellen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal voorgeteld hebben
jij zult voorgeteld hebben
hij zal voorgeteld hebben
wij zullen voorgeteld hebben
jullie zullen voorgeteld hebben
zij zullen voorgeteld hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou voortellen
jij zou voortellen
hij zou voortellen
wij zouden voortellen
jullie zouden voortellen
zij zouden voortellen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou voorgeteld hebben
jij zou voorgeteld hebben
hij zou voorgeteld hebben
wij zouden voorgeteld hebben
jullie zouden voorgeteld hebben
zij zouden voorgeteld hebben

Gebiedende wijs
tel voor

Aanvoegende wijs
voortelle

Voorbeelden

  1. Ik zei tel voor me af!
    I said count me in!
  2. Fabious is van geen tel voor ons.
    Fabious is of no purpose to us.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden