Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: voorstemmen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
voorgestemd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik stem voor
jij stemt voor
hij stemt voor
wij stemmen voor
jullie stemmen voor
zij stemmen voor

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik voorstem
dat jij voorstemt
dat hij voorstemt
dat wij voorstemmen
dat jullie voorstemmen
dat zij voorstemmen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb voorgestemd
jij hebt voorgestemd
hij heeft voorgestemd
wij hebben voorgestemd
jullie hebben voorgestemd
zij hebben voorgestemd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik stemde voor
jij stemde voor
hij stemde voor
wij stemden voor
jullie stemden voor
zij stemden voor

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik voorstemde
dat jij voorstemde
dat hij voorstemde
dat wij voorstemden
dat jullie voorstemden
dat zij voorstemden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had voorgestemd
jij had voorgestemd
hij had voorgestemd
wij hadden voorgestemd
jullie hadden voorgestemd
zij hadden voorgestemd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal voorbestemmen
jij zult voorbestemmen
hij zal voorbestemmen
wij zullen voorbestemmen
jullie zullen voorbestemmen
zij zullen voorbestemmen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal voorgestemd hebben
jij zult voorgestemd hebben
hij zal voorgestemd hebben
wij zullen voorgestemd hebben
jullie zullen voorgestemd hebben
zij zullen voorgestemd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou voorbestemmen
jij zou voorbestemmen
hij zou voorbestemmen
wij zouden voorbestemmen
jullie zouden voorbestemmen
zij zouden voorbestemmen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou voorgestemd hebben
jij zou voorgestemd hebben
hij zou voorgestemd hebben
wij zouden voorgestemd hebben
jullie zouden voorgestemd hebben
zij zouden voorgestemd hebben

Gebiedende wijs
stem voor

Aanvoegende wijs
voorstemme

Voorbeelden

  1. Stem voor Hatton, stem voor Ulster.
    Vote for Hatton, vote for Ulster.
  2. Stem voor vrijheid.
    Vote for freedom.
  3. Stem voor Wasicsko.
    Vote for Wasicsko.
  4. Ik stem voor Bush.
    I 'm voting for Bush.
  5. Een stem voor Tampa.
    One vote for Tampa.
  6. Stem voor Peter Griffin!
    Vote for Peter Griffin!
  7. Stem voor je district.
    Vote your district.
  8. Eén stem voor Owen.
    One vote for Owen.
  9. En stem voor Brooke:
    And vote for Brooke.
  10. Ik stem voor Chips.
    I 'm voting for Chips.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden