1. MWB
  2. Werkwoord vervoegen
  3. vindicate

Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

EN: to vindicate    Vertaal    Voorbeelden    Synoniemen
Gerund
vindicating

Present simple (ott)
I vindicate
you vindicate
he vindicates
we vindicate
you vindicate
they vindicate

Present perfect (vtt)
I have vindicated
you have vindicated
he has vindicated
we have vindicated
you have vindicated
they have vindicated

Past Simple (ovt)
I vindicated
you vindicated
he vindicated
we vindicated
you vindicated
they vindicated

Past perfect (vvt)
I had vindicated
you had vindicated
he had vindicated
we had vindicated
you had vindicated
they had vindicated

Present future (ottt)
I will vindicate
you will vindicate
he will vindicate
we will vindicate
you will vindicate
they will vindicate

Present future perfect (vttt)
I will have vindicated
you will have vindicated
he will have vindicated
we will have vindicated
you will have vindicated
they will have vindicated

Past future (ovtt)
I would vindicate
you would vindicate
he would vindicate
we would vindicate
you would vindicate
they would vindicate

Past future perfect (vvtt)
I would have vindicated
you would have vindicated
he would have vindicated
we would have vindicated
you would have vindicated
they would have vindicated


Voorbeelden

  1. But give us this chance to vindicate ourselves.
    Maar gunt u ons die kans om onze onschuld te bewijzen.
  2. Finding his body is not gonna vindicate us.
    Het vinden van het lijk zal ons niet rechtvaardigen.
  3. I won 't do that just to vindicate myself.
    Ik zal dit niet doen om mezelf te verdedigen.
  4. . . .shall one day vindicate the vigilant and the virtuous.
    en zuivert hem van verdenking.
  5. Of course, I tried to vindicate Sergey as well as I could.
    Natuurlijk, probeerde ik Sergej te rechtvaardigen zo goed ik kon.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden



Vaakst vervoegd

Hier zie je een overzicht van de 30 vaakst vervoegde werkwoorden voor de vijf talen die we op mijnwoordenboek gebruiken.

Nederlandse werkwoorden

willen verdienen worden zijn vinden bedoelen kunnen houden hebben meten vermelden vertellen varen gelden beantwoorden zeggen bestellen begeleiden updaten reizen bereiden leiden plannen gaan verwijderen stelen bidden besteden denken bellen

Franse werkwoorden

être avoir aller faire pouvoir vouloir venir devoir voir prendre savoir partir connaître recevoir dire mettre finir lire boire choisir envoyer sortir falloir dormir écrire appeler croire manger devenir vivre

Duitse werkwoorden

sein werden haben können mögen gehen wollen müssen essen finden sehen stressen lesen dürfen fahren misten sollen kommen nehmen tun machen geben sprechen lassen helfen laufen arbeiten wohnen schlafen halten

Spaanse werkwoorden

ser sentir tener hacer ver teñir ir estar servir haber poder mentir querer dar fuir saber decir hablar salir empezar volver comer seguir vivir gustar pedir encontrar grillarse latir pensar llamar conocer preferir jugar llegar

Engelse werkwoorden

send read be have spend choose go lead mean hear teach lie think see quit can do build meet take say get run fall fair buy put eat lay make learn wear begin barbecue will give find want know drink work write try