Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: verzamelen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
verzameld

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik verzamel
jij verzamelt
hij verzamelt
wij verzamelen
jullie verzamelen
zij verzamelen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb verzameld
jij hebt verzameld
hij heeft verzameld
wij hebben verzameld
jullie hebben verzameld
zij hebben verzameld

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik verzamelde
jij verzamelde
hij verzamelde
wij verzamelden
jullie verzamelden
zij verzamelden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had verzameld
jij had verzameld
hij had verzameld
wij hadden verzameld
jullie hadden verzameld
zij hadden verzameld

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal verzamelen
jij zult verzamelen
hij zal verzamelen
wij zullen verzamelen
jullie zullen verzamelen
zij zullen verzamelen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal verzameld hebben
jij zult verzameld hebben
hij zal verzameld hebben
wij zullen verzameld hebben
jullie zullen verzameld hebben
zij zullen verzameld hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou verzamelen
jij zou verzamelen
hij zou verzamelen
wij zouden verzamelen
jullie zouden verzamelen
zij zouden verzamelen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou verzameld hebben
jij zou verzameld hebben
hij zou verzameld hebben
wij zouden verzameld hebben
jullie zouden verzameld hebben
zij zouden verzameld hebben

Gebiedende wijs
verzamel

Aanvoegende wijs
verzamele

Voorbeelden

  1. Verzamel, verzamel.
    Gather round, gather round.
  2. Verzamel iedereen.
    Gather everyone together.
  3. Verzamel iedereen.
    Round everyone up.
  4. Verzamel de granaten.
    Let 's collect the grenades.
  5. Ik verzamel postzegels.
    I collect stamps.
  6. Verzamel de buren.
    Gather the neighbors.
  7. Verzamel' rond, iedereen.
    Gather' round, everybody.
  8. Verzamel de troepen.
    Gather the troops.
  9. Ik verzamel bewijs.
    I 'm gathering evidence.
  10. Verzamel de anderen.
    Gather the others.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden