Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: verstouwen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
verstouwd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik verstouw
jij verstouwt
hij verstouwt
wij verstouwen
jullie verstouwen
zij verstouwen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb verstouwd
jij hebt verstouwd
hij heeft verstouwd
wij hebben verstouwd
jullie hebben verstouwd
zij hebben verstouwd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik verstouwde
jij verstouwde
hij verstouwde
wij verstouwden
jullie verstouwden
zij verstouwden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had verstouwd
jij had verstouwd
hij had verstouwd
wij hadden verstouwd
jullie hadden verstouwd
zij hadden verstouwd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal verstouwen
jij zult verstouwen
hij zal verstouwen
wij zullen verstouwen
jullie zullen verstouwen
zij zullen verstouwen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal verstouwd hebben
jij zult verstouwd hebben
hij zal verstouwd hebben
wij zullen verstouwd hebben
jullie zullen verstouwd hebben
zij zullen verstouwd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou verstouwen
jij zou verstouwen
hij zou verstouwen
wij zouden verstouwen
jullie zouden verstouwen
zij zouden verstouwen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou verstouwd hebben
jij zou verstouwd hebben
hij zou verstouwd hebben
wij zouden verstouwd hebben
jullie zouden verstouwd hebben
zij zouden verstouwd hebben

Gebiedende wijs
verstouw

Aanvoegende wijs
verstouwe

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden