Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: verstoten

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
verstoot

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik verstoot
jij verstoot
hij verstoot
wij verstoten
jullie verstoten
zij verstoten

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb verstoot
jij hebt verstoot
hij heeft verstoot
wij hebben verstoot
jullie hebben verstoot
zij hebben verstoot

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik verstootte
jij verstootte
hij verstootte
wij verstootten
jullie verstootten
zij verstootten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had verstoot
jij had verstoot
hij had verstoot
wij hadden verstoot
jullie hadden verstoot
zij hadden verstoot

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal verstoten
jij zult verstoten
hij zal verstoten
wij zullen verstoten
jullie zullen verstoten
zij zullen verstoten

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal verstoot hebben
jij zult verstoot hebben
hij zal verstoot hebben
wij zullen verstoot hebben
jullie zullen verstoot hebben
zij zullen verstoot hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou verstoten
jij zou verstoten
hij zou verstoten
wij zouden verstoten
jullie zouden verstoten
zij zouden verstoten

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou verstoot hebben
jij zou verstoot hebben
hij zou verstoot hebben
wij zouden verstoot hebben
jullie zouden verstoot hebben
zij zouden verstoot hebben

Gebiedende wijs
verstoot

Aanvoegende wijs
verstote

Voorbeelden

  1. Verstoot ik haar.
    I would disown her.
  2. Maar ze verstoot mij.
    But she rejects me.
  3. Jij verstoot me om Titzi.
    You kicked me out because of her.
  4. Phil, sir, ik verstoot hem ook.
    Phil, sir... I reject him, too!
  5. Omdat ik niet wil dat hij z' n kind verstoot?
    Because I won 't allow a parent to reject a child?
  6. Ik verstoot je als je die gebatikte broeken weer draagt.
    I will disown you if you ever don those tie-dyed pants again.
  7. Morgen onderzoek ik Jacksons bloed, om zeker te zijn dat hij de remedie niet verstoot.
    Tomorrow I 'll check Jackson 's blood. Make sure he won 't reject the cure.
  8. Hij is verstoten.
    He 's been shunned.
  9. Je wordt verstoten.
    You 'll be laicized.
  10. Ze verstoten Siobhán.
    They disowned Siobhán.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden