Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: verstarren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
verstard

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik verstar
jij verstart
hij verstart
wij verstarren
jullie verstarren
zij verstarren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb verstard
jij hebt verstard
hij heeft verstard
wij hebben verstard
jullie hebben verstard
zij hebben verstard

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik verstarde
jij verstarde
hij verstarde
wij verstarden
jullie verstarden
zij verstarden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had verstard
jij had verstard
hij had verstard
wij hadden verstard
jullie hadden verstard
zij hadden verstard

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal verstarren
jij zult verstarren
hij zal verstarren
wij zullen verstarren
jullie zullen verstarren
zij zullen verstarren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal verstard hebben
jij zult verstard hebben
hij zal verstard hebben
wij zullen verstard hebben
jullie zullen verstard hebben
zij zullen verstard hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou verstarren
jij zou verstarren
hij zou verstarren
wij zouden verstarren
jullie zouden verstarren
zij zouden verstarren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou verstard hebben
jij zou verstard hebben
hij zou verstard hebben
wij zouden verstard hebben
jullie zouden verstard hebben
zij zouden verstard hebben

Gebiedende wijs
verstar

Aanvoegende wijs
verstarre

Voorbeelden

  1. Beschrijf het exacte moment waarop we leken te verstarren.
    Describe the exact moment when we appeared to freeze.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden