Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: verspringen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
versprongen

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik verspring
jij verspringt
hij verspringt
wij verspringen
jullie verspringen
zij verspringen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb versprongen
jij hebt versprongen
hij heeft versprongen
wij hebben versprongen
jullie hebben versprongen
zij hebben versprongen

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik versprong
jij versprong
hij versprong
wij versprongen
jullie versprongen
zij versprongen

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had versprongen
jij had versprongen
hij had versprongen
wij hadden versprongen
jullie hadden versprongen
zij hadden versprongen

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal verspringen
jij zult verspringen
hij zal verspringen
wij zullen verspringen
jullie zullen verspringen
zij zullen verspringen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal versprongen hebben
jij zult versprongen hebben
hij zal versprongen hebben
wij zullen versprongen hebben
jullie zullen versprongen hebben
zij zullen versprongen hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou verspringen
jij zou verspringen
hij zou verspringen
wij zouden verspringen
jullie zouden verspringen
zij zouden verspringen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou versprongen hebben
jij zou versprongen hebben
hij zou versprongen hebben
wij zouden versprongen hebben
jullie zouden versprongen hebben
zij zouden versprongen hebben

Gebiedende wijs
verspring

Aanvoegende wijs
verspringe

Voorbeelden

  1. Als je zegt twee uur verspringen... bedoel je dan twee uur gewist?
    When you say the time code jumped two hours you mean it erased two hours?
  2. Of wil je gewoon de deur openen en verspringen naar de Raza?
    Or do you just wanna open the door and jump over to the Raza?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden