Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: versmallen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
versmald

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik versmal
jij versmalt
hij versmalt
wij versmallen
jullie versmallen
zij versmallen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb versmald
jij hebt versmald
hij heeft versmald
wij hebben versmald
jullie hebben versmald
zij hebben versmald

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik versmalde
jij versmalde
hij versmalde
wij versmalden
jullie versmalden
zij versmalden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had versmald
jij had versmald
hij had versmald
wij hadden versmald
jullie hadden versmald
zij hadden versmald

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal versmallen
jij zult versmallen
hij zal versmallen
wij zullen versmallen
jullie zullen versmallen
zij zullen versmallen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal versmald hebben
jij zult versmald hebben
hij zal versmald hebben
wij zullen versmald hebben
jullie zullen versmald hebben
zij zullen versmald hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou versmallen
jij zou versmallen
hij zou versmallen
wij zouden versmallen
jullie zouden versmallen
zij zouden versmallen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou versmald hebben
jij zou versmald hebben
hij zou versmald hebben
wij zouden versmald hebben
jullie zouden versmald hebben
zij zouden versmald hebben

Gebiedende wijs
versmal

Aanvoegende wijs
versmalle

Voorbeelden

  1. Alleen je neus wat versmallen...
    Just narrowing of your nose...
  2. Mmm, maar als ik het moet versmallen,
    Um, but if I had to narrow it down,
  3. Ze scherpen hun neusgaten of versmallen hun pupillen.
    They tighten their nostrils or narrow their pupils.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden