1. MWB
  2. Werkwoord vervoegen
  3. verschieten

Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: verschieten

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
verschoten

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik verschiet
jij verschiet
hij verschiet
wij verschieten
jullie verschieten
zij verschieten

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb verschoten
jij hebt verschoten
hij heeft verschoten
wij hebben verschoten
jullie hebben verschoten
zij hebben verschoten

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik verschoot
jij verschoot
hij verschoot
wij verschoten
jullie verschoten
zij verschoten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had verschoten
jij had verschoten
hij had verschoten
wij hadden verschoten
jullie hadden verschoten
zij hadden verschoten

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal verschieten
jij zult verschieten
hij zal verschieten
wij zullen verschieten
jullie zullen verschieten
zij zullen verschieten

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal verschoten hebben
jij zult verschoten hebben
hij zal verschoten hebben
wij zullen verschoten hebben
jullie zullen verschoten hebben
zij zullen verschoten hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou verschieten
jij zou verschieten
hij zou verschieten
wij zouden verschieten
jullie zouden verschieten
zij zouden verschieten

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou verschoten hebben
jij zou verschoten hebben
hij zou verschoten hebben
wij zouden verschoten hebben
jullie zouden verschoten hebben
zij zouden verschoten hebben

Gebiedende wijs
verschiet

Aanvoegende wijs
verschiete

Voorbeelden

  1. Was je van plan verschiet mij en dan verschiet Dennis ook?
    Were you planning on offing me and then offing Dennis also?
  2. Er is liefde in het verschiet.
    Love is in your future.
  3. Er zijn problemen in het verschiet.
    There 's trouble in the offing.
  4. Was je van plan verschiet me?
    Were you planning on offing me?
  5. En wat ligt er in het verschiet?
    What will be the future?
  6. Dat soort verkenning ligt in het verschiet.
    That is the exploration that awaits you.
  7. Een oneindig duister ligt in je verschiet.
    An unending darkness lies before you.
  8. Er is een probleem in het verschiet.
    There is a problem on the horizon.
  9. Enkel maar slechte dagen in het verschiet.
    Ain 't nothing but bad days ahead.
  10. Er liggen donkere dagen in het verschiet.
    There will be dark days ahead.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden



Vaakst vervoegd

Hier zie je een overzicht van de 30 vaakst vervoegde werkwoorden voor de vijf talen die we op mijnwoordenboek gebruiken.

Nederlandse werkwoorden

willen verdienen worden zijn vinden bedoelen kunnen houden hebben meten vermelden vertellen varen gelden beantwoorden zeggen bestellen begeleiden updaten reizen bereiden leiden plannen gaan verwijderen stelen bidden besteden denken bellen

Franse werkwoorden

être avoir aller faire pouvoir vouloir venir devoir voir prendre savoir partir connaître recevoir dire mettre finir lire boire choisir envoyer sortir falloir dormir écrire appeler croire manger devenir vivre

Duitse werkwoorden

sein werden haben können mögen gehen wollen müssen essen finden sehen stressen lesen dürfen fahren misten sollen kommen nehmen tun machen geben sprechen lassen helfen laufen arbeiten wohnen schlafen halten

Spaanse werkwoorden

ser sentir tener hacer ver teñir ir estar servir haber poder mentir querer dar fuir saber decir hablar salir empezar volver comer seguir vivir gustar pedir encontrar grillarse latir pensar llamar conocer preferir jugar llegar

Engelse werkwoorden

send read be have spend choose go lead mean hear teach lie think see quit can do build meet take say get run fall fair buy put eat lay make learn wear begin barbecue will give find want know drink work write try