Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: veronderstellen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
verondersteld

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik veronderstel
jij veronderstelt
hij veronderstelt
wij veronderstellen
jullie veronderstellen
zij veronderstellen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb verondersteld
jij hebt verondersteld
hij heeft verondersteld
wij hebben verondersteld
jullie hebben verondersteld
zij hebben verondersteld

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik veronderstelde
jij veronderstelde
hij veronderstelde
wij veronderstelden
jullie veronderstelden
zij veronderstelden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had verondersteld
jij had verondersteld
hij had verondersteld
wij hadden verondersteld
jullie hadden verondersteld
zij hadden verondersteld

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal veronderstellen
jij zult veronderstellen
hij zal veronderstellen
wij zullen veronderstellen
jullie zullen veronderstellen
zij zullen veronderstellen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal verondersteld hebben
jij zult verondersteld hebben
hij zal verondersteld hebben
wij zullen verondersteld hebben
jullie zullen verondersteld hebben
zij zullen verondersteld hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou veronderstellen
jij zou veronderstellen
hij zou veronderstellen
wij zouden veronderstellen
jullie zouden veronderstellen
zij zouden veronderstellen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou verondersteld hebben
jij zou verondersteld hebben
hij zou verondersteld hebben
wij zouden verondersteld hebben
jullie zouden verondersteld hebben
zij zouden verondersteld hebben

Gebiedende wijs
veronderstel

Aanvoegende wijs
veronderstelle

Voorbeelden

  1. Zo, veronderstel ik.
    Like that, I suppose.
  2. Gefeliciteerd, veronderstel ik.
    Congratulations, I suppose.
  3. Ik veronderstel niets.
    I presume nothing.
  4. Nieuwkomer, veronderstel ik.
    Newcomer, I suppose.
  5. Oké, maar veronderstel...
    Okay. So for argument 's sake...
  6. Ik... ik veronderstel...
    I... I suppose...
  7. Puberteit veronderstel ik.
    I guess it was just puberty.
  8. Ik veronderstel dat.
    I 'm just assuming.
  9. Luister en veronderstel!
    Listen and guess!
  10. Ik veronderstel dat.
    I suppose it does.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden