Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: vernielen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
vernield

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik verniel
jij vernielt
hij vernielt
wij vernielen
jullie vernielen
zij vernielen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb vernield
jij hebt vernield
hij heeft vernield
wij hebben vernield
jullie hebben vernield
zij hebben vernield

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik vernielde
jij vernielde
hij vernielde
wij vernielden
jullie vernielden
zij vernielden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had vernield
jij had vernield
hij had vernield
wij hadden vernield
jullie hadden vernield
zij hadden vernield

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal vernielen
jij zult vernielen
hij zal vernielen
wij zullen vernielen
jullie zullen vernielen
zij zullen vernielen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal vernield hebben
jij zult vernield hebben
hij zal vernield hebben
wij zullen vernield hebben
jullie zullen vernield hebben
zij zullen vernield hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou vernielen
jij zou vernielen
hij zou vernielen
wij zouden vernielen
jullie zouden vernielen
zij zouden vernielen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou vernield hebben
jij zou vernield hebben
hij zou vernield hebben
wij zouden vernield hebben
jullie zouden vernield hebben
zij zouden vernield hebben

Gebiedende wijs
verniel

Aanvoegende wijs
verniele

Voorbeelden

  1. Ik verniel niets.
    I 'm not breaking anything.
  2. Verniel dat paneel.
    Strike that panel.
  3. Onze engie hoop is de schuilplaatsen te vernielen. Verniel alle kasten.
    Our only hope is to destroy these shelters, destroy all the closets,
  4. Ik verniel je mooie smoeltje.
    I 'll spoil those good looks.
  5. Doe maar, verniel mijn spullen.
    Go ahead. Smash my stuff.
  6. Verniel alle kasten die je kunt vinden. Verniel alle kasten van de hele wereld.
    destroy all the closets you can find, destroy all the closets in the world,
  7. Hoe verniel je een paar hoge hakken?
    How do you snag a pair of high heels?
  8. Als je binnen komt, dan verniel ik het.
    You come in here, I 'm gonna smash this thing.
  9. Verniel de steunpilaren en deze gehele plaats zal instorten.
    Shoot out the support pillars and this whole place will collapse
  10. Verniel je mijn dekmantel als een of andere sloper?
    Are you blowing my cover like some construction worker?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden