Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: verblijden

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
verblijd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik verblijd
jij verblijdt
hij verblijdt
wij verblijden
jullie verblijden
zij verblijden

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb verblijd
jij hebt verblijd
hij heeft verblijd
wij hebben verblijd
jullie hebben verblijd
zij hebben verblijd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik verblijdde
jij verblijdde
hij verblijdde
wij verblijdden
jullie verblijdden
zij verblijdden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had verblijd
jij had verblijd
hij had verblijd
wij hadden verblijd
jullie hadden verblijd
zij hadden verblijd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal verblijden
jij zult verblijden
hij zal verblijden
wij zullen verblijden
jullie zullen verblijden
zij zullen verblijden

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal verblijd hebben
jij zult verblijd hebben
hij zal verblijd hebben
wij zullen verblijd hebben
jullie zullen verblijd hebben
zij zullen verblijd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou verblijden
jij zou verblijden
hij zou verblijden
wij zouden verblijden
jullie zouden verblijden
zij zouden verblijden

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou verblijd hebben
jij zou verblijd hebben
hij zou verblijd hebben
wij zouden verblijd hebben
jullie zouden verblijd hebben
zij zouden verblijd hebben

Gebiedende wijs
verblijd

Aanvoegende wijs
verblijde

Voorbeelden

  1. Jouw onverwachte komst heeft ons verblijd.
    Seeing you so unexpected has lifted questionable spirits.
  2. MAar de Jade Warlord was niet verblijd.
    But the Jade Warlord was not amused.
  3. Hij was grappig en sexy. We waren allebei verblijd.
    He was funny and sexy, and we were both pleasantly drunk.
  4. Zal zijn dood de legatus alsnog verblijden.
    His death will be a pleasure premature for the Legadus.
  5. Ik wou u nog verblijden met enkele liederen.
    I wanted to rejoice you with some Christmas chants.
  6. Volgens mij ga je ons verblijden met een lied.
    I have a sense you might favor us with a song.
  7. Frank zei al dat je ons zou verblijden met je aanwezigheid.
    Frank told me you would rejoice us with your presence.
  8. In luttele uren zal de vader ontwaken en kunnen wij ons verblijden.
    In a mere hours the all father will awaken then we may all rejoyce.
  9. Op die manier kunt u hem verblijden met de verhalen van uw avontuur.
    That way you may regale him with tales of your adventure.
  10. O. Het spijt me dat je ons niet meer gaat verblijden met je aanwezigheid.
    Oh. I 'm so sorry you won 't be gracing us with your presence anymore.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden