Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: verbleken

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
verbleekt

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik verbleek
jij verbleekt
hij verbleekt
wij verbleken
jullie verbleken
zij verbleken

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb verbleekt
jij hebt verbleekt
hij heeft verbleekt
wij hebben verbleekt
jullie hebben verbleekt
zij hebben verbleekt

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik verbleekte
jij verbleekte
hij verbleekte
wij verbleekten
jullie verbleekten
zij verbleekten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had verbleekt
jij had verbleekt
hij had verbleekt
wij hadden verbleekt
jullie hadden verbleekt
zij hadden verbleekt

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal verbleken
jij zult verbleken
hij zal verbleken
wij zullen verbleken
jullie zullen verbleken
zij zullen verbleken

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal verbleekt hebben
jij zult verbleekt hebben
hij zal verbleekt hebben
wij zullen verbleekt hebben
jullie zullen verbleekt hebben
zij zullen verbleekt hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou verbleken
jij zou verbleken
hij zou verbleken
wij zouden verbleken
jullie zouden verbleken
zij zouden verbleken

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou verbleekt hebben
jij zou verbleekt hebben
hij zou verbleekt hebben
wij zouden verbleekt hebben
jullie zouden verbleekt hebben
zij zouden verbleekt hebben

Gebiedende wijs
verbleek

Aanvoegende wijs
verbleke

Voorbeelden

  1. Nu weet ik waarom je wilde dat ik mijn verbleek.
    Now I know why you wanted me to lighten my hair.
  2. Je haar verbleken.
    Lightening your hair.
  3. Woorden kunnen verbleken.
    Words can pale in comparison.
  4. Maar bij u verbleken ze.
    but none of it compares to you.
  5. Dus verbleken ze, worden spookachtig wit.
    So they bleach, turning ghostly white.
  6. Snowdens lekken in zijn geheel laten verbleken.
    Snowden 's leaks look like a minor blip on the radar.
  7. Ze zullen verbleken in vergelijking met mijn Harry.
    They 'll pale in comparison to my Harry.
  8. De dingen die ik deed in Afrika doen jouw handelingen verbleken.
    The things I did in Africa make your transactions look paltry.
  9. Zou kunnen. Er is genoeg plutonium om Tsjernobyl te laten verbleken.
    But even if it does not, there 's enough plutonium to make Chernobyl look like picnic.
  10. Heb je er ooit al eens aan gedacht, je haar te verbleken?
    Have you ever considered, lightening your hair?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden