NL: verbeurdverklaren U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.
|
| Voltooid deelwoord |
verbeurdverklaard
|
| Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) |
ik verklaar verbeurd jij verklaart verbeurd hij verklaart verbeurd wij klaren verbeurd jullie klaren verbeurd zij klaren verbeurd
|
| Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde |
dat ik verbeurdverklaar dat jij verbeurdverklaart dat hij verbeurdverklaart dat wij verbeurdklaren dat jullie verbeurdklaren dat zij verbeurdklaren
|
| Voltooid tegenwoordige tijd (vtt) |
ik heb verbeurdverklaard jij hebt verbeurdverklaard hij heeft verbeurdverklaard wij hebben verbeurdverklaard jullie hebben verbeurdverklaard zij hebben verbeurdverklaard
|
| Onvoltooid verleden tijd (ovt) |
ik verklaarde verbeurd jij verklaarde verbeurd hij verklaarde verbeurd wij verklaarden verbeurd jullie verklaarden verbeurd zij verklaarden verbeurd
|
| Verleden tijd, bijzinsvolgorde |
dat ik verbeurdverklaarde dat jij verbeurdverklaarde dat hij verbeurdverklaarde dat wij verbeurdverklaarden dat jullie verbeurdverklaarden dat zij verbeurdverklaarden
|
| Voltooid verleden tijd (vvt) |
ik had verbeurdverklaard jij had verbeurdverklaard hij had verbeurdverklaard wij hadden verbeurdverklaard jullie hadden verbeurdverklaard zij hadden verbeurdverklaard
|
| Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt) |
ik zal verbeurdverklaren jij zult verbeurdverklaren hij zal verbeurdverklaren wij zullen verbeurdverklaren jullie zullen verbeurdverklaren zij zullen verbeurdverklaren
|
| Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt) |
ik zal verbeurdverklaard hebben jij zult verbeurdverklaard hebben hij zal verbeurdverklaard hebben wij zullen verbeurdverklaard hebben jullie zullen verbeurdverklaard hebben zij zullen verbeurdverklaard hebben
|
| Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt) |
ik zou verbeurdverklaren jij zou verbeurdverklaren hij zou verbeurdverklaren wij zouden verbeurdverklaren jullie zouden verbeurdverklaren zij zouden verbeurdverklaren
|
| Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt) |
ik zou verbeurdverklaard hebben jij zou verbeurdverklaard hebben hij zou verbeurdverklaard hebben wij zouden verbeurdverklaard hebben jullie zouden verbeurdverklaard hebben zij zouden verbeurdverklaard hebben
|
| Gebiedende wijs |
verklaar verbeurd
|
| Aanvoegende wijs |
| verbeurdverklare |