Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: upgraden

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geüpgraded

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik upgrade
jij upgradet
hij upgradet
wij upgraden
jullie upgraden
zij upgraden

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geüpgraded
jij hebt geüpgraded
hij heeft geüpgraded
wij hebben geüpgraded
jullie hebben geüpgraded
zij hebben geüpgraded

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik upgradede
jij upgradede
hij upgradede
wij upgradeden
jullie upgradeden
zij upgradeden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geüpgraded
jij had geüpgraded
hij had geüpgraded
wij hadden geüpgraded
jullie hadden geüpgraded
zij hadden geüpgraded

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal upgraden
jij zult upgraden
hij zal upgraden
wij zullen upgraden
jullie zullen upgraden
zij zullen upgraden

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geüpgraded hebben
jij zult geüpgraded hebben
hij zal geüpgraded hebben
wij zullen geüpgraded hebben
jullie zullen geüpgraded hebben
zij zullen geüpgraded hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou upgraden
jij zou upgraden
hij zou upgraden
wij zouden upgraden
jullie zouden upgraden
zij zouden upgraden

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geüpgraded hebben
jij zou geüpgraded hebben
hij zou geüpgraded hebben
wij zouden geüpgraded hebben
jullie zouden geüpgraded hebben
zij zouden geüpgraded hebben

Gebiedende wijs
upgrade

Aanvoegende wijs
upgrade

Voorbeelden

  1. Een upgrade, Berger.
    Moving on up, Berger.
  2. Wacht met de upgrade.
    Hold the upgrade.
  3. Tijd voor een upgrade.
    Time for an upgrade.
  4. Ik geef het een upgrade.
    Break it? You 're getting an upgrade.
  5. Tank heeft een upgrade nodig.
    Tank needs an upgrade.
  6. We doen een software upgrade.
    We 're doing a software upgrade.
  7. Dit is nog een upgrade.
    This is another upgrade.
  8. Je hebt een upgrade nodig.
    Looks like you need an upgrade.
  9. Patiënt gereed voor de upgrade.
    The subject is prepped for the upgrade.
  10. Misschien tijd voor een upgrade?
    Think it might be time for an upgrade?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden