Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: uitvegen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
uitgeveegd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik veeg uit
jij veegt uit
hij veegt uit
wij vegen uit
jullie vegen uit
zij vegen uit

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik uitveeg
dat jij uitveegt
dat hij uitveegt
dat wij uitvegen
dat jullie uitvegen
dat zij uitvegen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb uitgeveegd
jij hebt uitgeveegd
hij heeft uitgeveegd
wij hebben uitgeveegd
jullie hebben uitgeveegd
zij hebben uitgeveegd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik veegde uit
jij veegde uit
hij veegde uit
wij veegden uit
jullie veegden uit
zij veegden uit

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik uitveegde
dat jij uitveegde
dat hij uitveegde
dat wij uitveegden
dat jullie uitveegden
dat zij uitveegden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had uitgeveegd
jij had uitgeveegd
hij had uitgeveegd
wij hadden uitgeveegd
jullie hadden uitgeveegd
zij hadden uitgeveegd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal uitvegen
jij zult uitvegen
hij zal uitvegen
wij zullen uitvegen
jullie zullen uitvegen
zij zullen uitvegen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal uitgeveegd hebben
jij zult uitgeveegd hebben
hij zal uitgeveegd hebben
wij zullen uitgeveegd hebben
jullie zullen uitgeveegd hebben
zij zullen uitgeveegd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou uitvegen
jij zou uitvegen
hij zou uitvegen
wij zouden uitvegen
jullie zouden uitvegen
zij zouden uitvegen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou uitgeveegd hebben
jij zou uitgeveegd hebben
hij zou uitgeveegd hebben
wij zouden uitgeveegd hebben
jullie zouden uitgeveegd hebben
zij zouden uitgeveegd hebben

Gebiedende wijs
veeg uit

Aanvoegende wijs
uitvege

Voorbeelden

  1. En wilde toen zijn sporen uitvegen.
    And decided to cover his tracks
  2. Hoe Kan ik ons verleden uitvegen?
    How can I erase our past?
  3. Dus ga je hem alles laten uitvegen waarin je geloofd?
    So you 're gonna let him chip away at everything you believe in?
  4. Je zou de laatste honderd jaar uitvegen zonder tweemaal na te denken?
    You 'd really wipe out the last hundred years without so much as a second thought?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden