Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: trawlen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
getrawld

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik trawl
jij trawlt
hij trawlt
wij trawlen
jullie trawlen
zij trawlen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb getrawld
jij hebt getrawld
hij heeft getrawld
wij hebben getrawld
jullie hebben getrawld
zij hebben getrawld

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik trawlde
jij trawlde
hij trawlde
wij trawlden
jullie trawlden
zij trawlden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had getrawld
jij had getrawld
hij had getrawld
wij hadden getrawld
jullie hadden getrawld
zij hadden getrawld

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal trawlen
jij zult trawlen
hij zal trawlen
wij zullen trawlen
jullie zullen trawlen
zij zullen trawlen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal getrawld hebben
jij zult getrawld hebben
hij zal getrawld hebben
wij zullen getrawld hebben
jullie zullen getrawld hebben
zij zullen getrawld hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou trawlen
jij zou trawlen
hij zou trawlen
wij zouden trawlen
jullie zouden trawlen
zij zouden trawlen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou getrawld hebben
jij zou getrawld hebben
hij zou getrawld hebben
wij zouden getrawld hebben
jullie zouden getrawld hebben
zij zouden getrawld hebben

Gebiedende wijs
trawl

Aanvoegende wijs
trawle

Voorbeelden

  1. Ardakian Trawl, besef je wel dat je moet patrouilleren?
    Ardakian Trawl, do you realize you got patrol?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden