Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: toefluisteren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
toegefluisterd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik fluister toe
jij fluistert toe
hij fluistert toe
wij fluisteren toe
jullie fluisteren toe
zij fluisteren toe

Tegenwoordige tijd, bijzinsvolgorde
dat ik toefluister
dat jij toefluistert
dat hij toefluistert
dat wij toefluisteren
dat jullie toefluisteren
dat zij toefluisteren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb toegefluisterd
jij hebt toegefluisterd
hij heeft toegefluisterd
wij hebben toegefluisterd
jullie hebben toegefluisterd
zij hebben toegefluisterd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik fluisterde toe
jij fluisterde toe
hij fluisterde toe
wij fluisterden toe
jullie fluisterden toe
zij fluisterden toe

Verleden tijd, bijzinsvolgorde
dat ik toefluisterde
dat jij toefluisterde
dat hij toefluisterde
dat wij toefluisterden
dat jullie toefluisterden
dat zij toefluisterden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had toegefluisterd
jij had toegefluisterd
hij had toegefluisterd
wij hadden toegefluisterd
jullie hadden toegefluisterd
zij hadden toegefluisterd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal toefluisteren
jij zult toefluisteren
hij zal toefluisteren
wij zullen toefluisteren
jullie zullen toefluisteren
zij zullen toefluisteren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal toegefluisterd hebben
jij zult toegefluisterd hebben
hij zal toegefluisterd hebben
wij zullen toegefluisterd hebben
jullie zullen toegefluisterd hebben
zij zullen toegefluisterd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou toefluisteren
jij zou toefluisteren
hij zou toefluisteren
wij zouden toefluisteren
jullie zouden toefluisteren
zij zouden toefluisteren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou toegefluisterd hebben
jij zou toegefluisterd hebben
hij zou toegefluisterd hebben
wij zouden toegefluisterd hebben
jullie zouden toegefluisterd hebben
zij zouden toegefluisterd hebben

Gebiedende wijs
fluister toe

Aanvoegende wijs
toefluistere

Voorbeelden

  1. Ik wil je iets toefluisteren.
    Let Let me whisper to you.
  2. # Wel, laat me de lippen kussen die me toefluisteren #
    # Well, let me kiss the lips that whisper to me #

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden