Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: tichelen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geticheld

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik tichel
jij tichelt
hij tichelt
wij tichelen
jullie tichelen
zij tichelen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geticheld
jij hebt geticheld
hij heeft geticheld
wij hebben geticheld
jullie hebben geticheld
zij hebben geticheld

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik tichelde
jij tichelde
hij tichelde
wij tichelden
jullie tichelden
zij tichelden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geticheld
jij had geticheld
hij had geticheld
wij hadden geticheld
jullie hadden geticheld
zij hadden geticheld

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal tichelen
jij zult tichelen
hij zal tichelen
wij zullen tichelen
jullie zullen tichelen
zij zullen tichelen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geticheld hebben
jij zult geticheld hebben
hij zal geticheld hebben
wij zullen geticheld hebben
jullie zullen geticheld hebben
zij zullen geticheld hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou tichelen
jij zou tichelen
hij zou tichelen
wij zouden tichelen
jullie zouden tichelen
zij zouden tichelen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geticheld hebben
jij zou geticheld hebben
hij zou geticheld hebben
wij zouden geticheld hebben
jullie zouden geticheld hebben
zij zouden geticheld hebben

Gebiedende wijs
tichel

Aanvoegende wijs
tichele

Voorbeelden

  1. tichel vloertegel
    tile

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden