Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: tafeltennissen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
getafeltennist

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik tafeltennis
jij tafeltennist
hij tafeltennist
wij tafeltennissen
jullie tafeltennissen
zij tafeltennissen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb getafeltennist
jij hebt getafeltennist
hij heeft getafeltennist
wij hebben getafeltennist
jullie hebben getafeltennist
zij hebben getafeltennist

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik tafeltenniste
jij tafeltenniste
hij tafeltenniste
wij tafeltennisten
jullie tafeltennisten
zij tafeltennisten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had getafeltennist
jij had getafeltennist
hij had getafeltennist
wij hadden getafeltennist
jullie hadden getafeltennist
zij hadden getafeltennist

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal tafeltennissen
jij zult tafeltennissen
hij zal tafeltennissen
wij zullen tafeltennissen
jullie zullen tafeltennissen
zij zullen tafeltennissen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal getafeltennist hebben
jij zult getafeltennist hebben
hij zal getafeltennist hebben
wij zullen getafeltennist hebben
jullie zullen getafeltennist hebben
zij zullen getafeltennist hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou tafeltennissen
jij zou tafeltennissen
hij zou tafeltennissen
wij zouden tafeltennissen
jullie zouden tafeltennissen
zij zouden tafeltennissen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou getafeltennist hebben
jij zou getafeltennist hebben
hij zou getafeltennist hebben
wij zouden getafeltennist hebben
jullie zouden getafeltennist hebben
zij zouden getafeltennist hebben

Gebiedende wijs
tafeltennis

Aanvoegende wijs
tafeltennisse

Voorbeelden

  1. Hun Zen, tafeltennis
    Their Zen, their ping pong
  2. We spelen tafeltennis!
    Were playing a game!
  3. Pingpong is tafeltennis.
    Oh! Ping-pong is table tennis.
  4. Het is geen tafeltennis.
    It 's not ping pong.
  5. Het is net tafeltennis.
    It 's kind of like Ping-Pong.
  6. ... tafeltennis, het maakte niet uit.
    ... table tennis, it didn`t matter.
  7. hun tafeltennis team is geweldig.
    Their table tennis team is awesome.
  8. De beste tafeltennis leraar van de wereld bezit een afhaalrestaurant?
    The world 's greatest Ping-Pong instructor owns a takeout restaurant?
  9. Hij veranderde mijn tafeltennis school in een hol van dieven.
    Turning my school of table tennis into a den of thieves.
  10. Wie heeft er zin om te tafeltennissen?
    Anyone fancy a game of table tennis?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden