1. MWB
  2. Werkwoord vervoegen
  3. synthetiseren

Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: synthetiseren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gesynthetiseerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik synthetiseer
jij synthetiseert
hij synthetiseert
wij synthetiseren
jullie synthetiseren
zij synthetiseren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gesynthetiseerd
jij hebt gesynthetiseerd
hij heeft gesynthetiseerd
wij hebben gesynthetiseerd
jullie hebben gesynthetiseerd
zij hebben gesynthetiseerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik synthetiseerde
jij synthetiseerde
hij synthetiseerde
wij synthetiseerden
jullie synthetiseerden
zij synthetiseerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gesynthetiseerd
jij had gesynthetiseerd
hij had gesynthetiseerd
wij hadden gesynthetiseerd
jullie hadden gesynthetiseerd
zij hadden gesynthetiseerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal synthetiseren
jij zult synthetiseren
hij zal synthetiseren
wij zullen synthetiseren
jullie zullen synthetiseren
zij zullen synthetiseren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gesynthetiseerd hebben
jij zult gesynthetiseerd hebben
hij zal gesynthetiseerd hebben
wij zullen gesynthetiseerd hebben
jullie zullen gesynthetiseerd hebben
zij zullen gesynthetiseerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou synthetiseren
jij zou synthetiseren
hij zou synthetiseren
wij zouden synthetiseren
jullie zouden synthetiseren
zij zouden synthetiseren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gesynthetiseerd hebben
jij zou gesynthetiseerd hebben
hij zou gesynthetiseerd hebben
wij zouden gesynthetiseerd hebben
jullie zouden gesynthetiseerd hebben
zij zouden gesynthetiseerd hebben

Gebiedende wijs
synthetiseer

Aanvoegende wijs
synthetisere

Voorbeelden

  1. Maar ik synthetiseer een antigen dat zou kunnen werken.
    But I 'm synthesising an antigen that shows some promise.
  2. Dat synthetiseren we zelf.
    We synthesize it ourselves.
  3. Synthetiseren stem voor Al-Mujahid.
    Synthesizing voice for Al-Mujahid.
  4. Ze synthetiseren een soort virus.
    They 're synthesising some kind of viral agent.
  5. omgekeerde engineering, synthetiseren, het is delicaat, tijdrovend werk.
    Reverse engineering, synthesizing, it 's delicate, timely work.
  6. Is er een manier om inpandig een antibioticum te synthetiseren?
    Is there any way | to synthesize an antibiotic in-house?
  7. Je wou ons de formule verkopen om trellium-D te synthetiseren.
    You said you could sell us the formula to synthesise trellium-D.
  8. Chemicaliën om meth te synthetiseren kunnen ook gebruikt worden voor explosieven.
    Chemicals used to synthesize meth can also be used to make explosives.
  9. We hebben geen tijd om de antilichamen te synthetiseren in een serum.
    We don 't have time to synthesize the antibodies into a serum.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden



Vaakst vervoegd

Hier zie je een overzicht van de 30 vaakst vervoegde werkwoorden voor de vijf talen die we op mijnwoordenboek gebruiken.

Nederlandse werkwoorden

willen verdienen worden zijn vinden bedoelen kunnen houden hebben meten vermelden vertellen varen gelden beantwoorden zeggen bestellen begeleiden updaten reizen bereiden leiden plannen gaan verwijderen stelen bidden besteden denken bellen

Franse werkwoorden

être avoir aller faire pouvoir vouloir venir devoir voir prendre savoir partir connaître recevoir dire mettre finir lire boire choisir envoyer sortir falloir dormir écrire appeler croire manger devenir vivre

Duitse werkwoorden

sein werden haben können mögen gehen wollen müssen essen finden sehen stressen lesen dürfen fahren misten sollen kommen nehmen tun machen geben sprechen lassen helfen laufen arbeiten wohnen schlafen halten

Spaanse werkwoorden

ser sentir tener hacer ver teñir ir estar servir haber poder mentir querer dar fuir saber decir hablar salir empezar volver comer seguir vivir gustar pedir encontrar grillarse latir pensar llamar conocer preferir jugar llegar

Engelse werkwoorden

send read be have spend choose go lead mean hear teach lie think see quit can do build meet take say get run fall fair buy put eat lay make learn wear begin barbecue will give find want know drink work write try