Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: subsidiëren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gesubsidieerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik subsidieer
jij subsidieert
hij subsidieert
wij subsidiëren
jullie subsidiëren
zij subsidiëren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gesubsidieerd
jij hebt gesubsidieerd
hij heeft gesubsidieerd
wij hebben gesubsidieerd
jullie hebben gesubsidieerd
zij hebben gesubsidieerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik subsidieerde
jij subsidieerde
hij subsidieerde
wij subsidieerden
jullie subsidieerden
zij subsidieerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gesubsidieerd
jij had gesubsidieerd
hij had gesubsidieerd
wij hadden gesubsidieerd
jullie hadden gesubsidieerd
zij hadden gesubsidieerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal subsidiëren
jij zult subsidiëren
hij zal subsidiëren
wij zullen subsidiëren
jullie zullen subsidiëren
zij zullen subsidiëren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gesubsidieerd hebben
jij zult gesubsidieerd hebben
hij zal gesubsidieerd hebben
wij zullen gesubsidieerd hebben
jullie zullen gesubsidieerd hebben
zij zullen gesubsidieerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou subsidiëren
jij zou subsidiëren
hij zou subsidiëren
wij zouden subsidiëren
jullie zouden subsidiëren
zij zouden subsidiëren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gesubsidieerd hebben
jij zou gesubsidieerd hebben
hij zou gesubsidieerd hebben
wij zouden gesubsidieerd hebben
jullie zouden gesubsidieerd hebben
zij zouden gesubsidieerd hebben

Gebiedende wijs
subsidieer

Aanvoegende wijs
subsidiëre

Voorbeelden

  1. Moeten we sex ook subsidiëren?
    Should we subsidise sex?
  2. De burgemeester weigert het stuk te subsidiëren.
    The mayor refuses to authorize funding for the production.
  3. Er is niets mis met subsidiëren van sport.
    Nothing wrong with subsidising sport.
  4. Z' n ouders subsidiëren de partij in Colorado...
    The kid 's parents practically bankroll the Colorado party...
  5. Onze werknemers in Manila, Zürich, Danbury, subsidiëren Bhopal.
    Our employees in Manila, Zurich, Danbury, subsidize Bhopal.
  6. Er is geen verschil tussen het subsidiëren van voetbal en kunst.
    There 's no difference between subsidising football and art.
  7. Laten we kiezen wat we subsidiëren door de omvang van populaire behoefte.
    Let us choose what we subsidise by the extent of popular demand.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden