Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: storen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gestoord

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik stoor
jij stoort
hij stoort
wij storen
jullie storen
zij storen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gestoord
jij hebt gestoord
hij heeft gestoord
wij hebben gestoord
jullie hebben gestoord
zij hebben gestoord

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik stoorde
jij stoorde
hij stoorde
wij stoorden
jullie stoorden
zij stoorden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gestoord
jij had gestoord
hij had gestoord
wij hadden gestoord
jullie hadden gestoord
zij hadden gestoord

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal storen
jij zult storen
hij zal storen
wij zullen storen
jullie zullen storen
zij zullen storen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gestoord hebben
jij zult gestoord hebben
hij zal gestoord hebben
wij zullen gestoord hebben
jullie zullen gestoord hebben
zij zullen gestoord hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou storen
jij zou storen
hij zou storen
wij zouden storen
jullie zouden storen
zij zouden storen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gestoord hebben
jij zou gestoord hebben
hij zou gestoord hebben
wij zouden gestoord hebben
jullie zouden gestoord hebben
zij zouden gestoord hebben

Gebiedende wijs
stoor

Aanvoegende wijs
store

Voorbeelden

  1. Stoor - stoor ik?
    Are Are you busy?
  2. Lorelai, stoor ik?
    Lorelai, am I interrupting?
  3. Pardon, stoor ik?
    Sorry, am I intruding?
  4. Sorry dat ik stoor...
    Sorry to disturb...
  5. Ik stoor toch niet?
    Am I interrupting something?
  6. Ik stoor toch niet?
    Am I disturbing you?
  7. Sorry dat ik stoor.
    Sorry for interrupting.
  8. Sorry dat ik stoor.
    I hate to bother you.
  9. Sorry, stoor ik u?
    Sorry, did I disturb you?
  10. Sorry dat ik stoor.
    Molly: Sorry to interrupt.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden