Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: stokken

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gestokt

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik stok
jij stokt
hij stokt
wij stokken
jullie stokken
zij stokken

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gestokt
jij hebt gestokt
hij heeft gestokt
wij hebben gestokt
jullie hebben gestokt
zij hebben gestokt

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik stokte
jij stokte
hij stokte
wij stokten
jullie stokten
zij stokten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gestokt
jij had gestokt
hij had gestokt
wij hadden gestokt
jullie hadden gestokt
zij hadden gestokt

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal stokken
jij zult stokken
hij zal stokken
wij zullen stokken
jullie zullen stokken
zij zullen stokken

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gestokt hebben
jij zult gestokt hebben
hij zal gestokt hebben
wij zullen gestokt hebben
jullie zullen gestokt hebben
zij zullen gestokt hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou stokken
jij zou stokken
hij zou stokken
wij zouden stokken
jullie zouden stokken
zij zouden stokken

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gestokt hebben
jij zou gestokt hebben
hij zou gestokt hebben
wij zouden gestokt hebben
jullie zouden gestokt hebben
zij zouden gestokt hebben

Gebiedende wijs
stok

Aanvoegende wijs
stokke

Voorbeelden

  1. Kies een stok, elke stok je wilt.
    Pick a stick, any stick you like.
  2. Uh, derringer, zwaard stok, derringer stok, zwaard derringer.
    Uh, derringer, sword cane, derringer cane, sword derringer.
  3. Stok, tijger, ei...
    Stick, tiger, egg...
  4. stok (van noot)
    stem (of note)
  5. Geen stok, geen krukken.
    No cane, no crutches.
  6. De stok is uitgegaan.
    The incense has burnt out.
  7. Ga die stok halen.
    Go get that stick.
  8. Bedankt voor de stok.
    Thanks for the stick.
  9. Oh, met een stok.
    Oh, with a stick!
  10. Een nieuwe mep-stok.
    A new whacking stick.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden