Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: speculeren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gespeculeerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik speculeer
jij speculeert
hij speculeert
wij speculeren
jullie speculeren
zij speculeren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gespeculeerd
jij hebt gespeculeerd
hij heeft gespeculeerd
wij hebben gespeculeerd
jullie hebben gespeculeerd
zij hebben gespeculeerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik speculeerde
jij speculeerde
hij speculeerde
wij speculeerden
jullie speculeerden
zij speculeerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gespeculeerd
jij had gespeculeerd
hij had gespeculeerd
wij hadden gespeculeerd
jullie hadden gespeculeerd
zij hadden gespeculeerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal speculeren
jij zult speculeren
hij zal speculeren
wij zullen speculeren
jullie zullen speculeren
zij zullen speculeren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gespeculeerd hebben
jij zult gespeculeerd hebben
hij zal gespeculeerd hebben
wij zullen gespeculeerd hebben
jullie zullen gespeculeerd hebben
zij zullen gespeculeerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou speculeren
jij zou speculeren
hij zou speculeren
wij zouden speculeren
jullie zouden speculeren
zij zouden speculeren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gespeculeerd hebben
jij zou gespeculeerd hebben
hij zou gespeculeerd hebben
wij zouden gespeculeerd hebben
jullie zouden gespeculeerd hebben
zij zouden gespeculeerd hebben

Gebiedende wijs
speculeer

Aanvoegende wijs
speculere

Voorbeelden

  1. Ik speculeer niet.
    I 'm not speculating.
  2. Ik speculeer nooit.
    I never speculate.
  3. Ik speculeer over niemand.
    I 'm not speculating about anybody.
  4. Ik speculeer niet graag.
    I 'd hate to speculate.
  5. Ik speculeer liever niet.
    I 'm not gonna speculate.
  6. Ik speculeer misschien te veel.
    Maybe I am reading too much into this.
  7. Noch vermoed, speculeer of veronderstel ik.
    Nor do I assume, speculate or hypothesize.
  8. Goed, want ik speculeer niet graag.
    Good.' Cause I 'm not comfortable speculating.
  9. Ron, speculeer over wie er in de auto zit.
    Ron, speculate on who 's driving the car.
  10. Speculeer niet of de Republikeinen het al dan niet indienen.
    Don 't speculate if the Republicans put the issue on the table.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden