Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: sneeuwen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gesneeuwd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik sneeuw
jij sneeuwt
hij sneeuwt
wij sneeuwen
jullie sneeuwen
zij sneeuwen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gesneeuwd
jij hebt gesneeuwd
hij heeft gesneeuwd
wij hebben gesneeuwd
jullie hebben gesneeuwd
zij hebben gesneeuwd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik sneeuwde
jij sneeuwde
hij sneeuwde
wij sneeuwden
jullie sneeuwden
zij sneeuwden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gesneeuwd
jij had gesneeuwd
hij had gesneeuwd
wij hadden gesneeuwd
jullie hadden gesneeuwd
zij hadden gesneeuwd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal sneeuwen
jij zult sneeuwen
hij zal sneeuwen
wij zullen sneeuwen
jullie zullen sneeuwen
zij zullen sneeuwen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gesneeuwd hebben
jij zult gesneeuwd hebben
hij zal gesneeuwd hebben
wij zullen gesneeuwd hebben
jullie zullen gesneeuwd hebben
zij zullen gesneeuwd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou sneeuwen
jij zou sneeuwen
hij zou sneeuwen
wij zouden sneeuwen
jullie zouden sneeuwen
zij zouden sneeuwen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gesneeuwd hebben
jij zou gesneeuwd hebben
hij zou gesneeuwd hebben
wij zouden gesneeuwd hebben
jullie zouden gesneeuwd hebben
zij zouden gesneeuwd hebben

Gebiedende wijs
sneeuw

Aanvoegende wijs
sneeuwe

Voorbeelden

  1. Sneeuw condities.
    White-out conditions...
  2. Sneeuw of geen sneeuw, kon me niet schelen.
    Snow or no snow, I didn 't care.
  3. Overal is sneeuw.
    It 's everywhere.
  4. De eerste sneeuw?
    To the first nevão?
  5. 250.000 ton sneeuw.
    250,000 tons of snow.
  6. Sneeuw, hagelbuien, sneeuwstormen!
    Snow, ice storms, blizzards!
  7. Vreselijk, die sneeuw.
    Y God, the snow is bad.
  8. Lekkere tropische sneeuw.
    Tasty tropical snow.
  9. Waar is de sneeuw?
    Where 's my snow?
  10. Dit is puur sneeuw.
    This is pure snow.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden