Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: snaaien

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gesnaaid

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik snaai
jij snaait
hij snaait
wij snaaien
jullie snaaien
zij snaaien

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gesnaaid
jij hebt gesnaaid
hij heeft gesnaaid
wij hebben gesnaaid
jullie hebben gesnaaid
zij hebben gesnaaid

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik snaaide
jij snaaide
hij snaaide
wij snaaiden
jullie snaaiden
zij snaaiden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gesnaaid
jij had gesnaaid
hij had gesnaaid
wij hadden gesnaaid
jullie hadden gesnaaid
zij hadden gesnaaid

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal snaaien
jij zult snaaien
hij zal snaaien
wij zullen snaaien
jullie zullen snaaien
zij zullen snaaien

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gesnaaid hebben
jij zult gesnaaid hebben
hij zal gesnaaid hebben
wij zullen gesnaaid hebben
jullie zullen gesnaaid hebben
zij zullen gesnaaid hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou snaaien
jij zou snaaien
hij zou snaaien
wij zouden snaaien
jullie zouden snaaien
zij zouden snaaien

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gesnaaid hebben
jij zou gesnaaid hebben
hij zou gesnaaid hebben
wij zouden gesnaaid hebben
jullie zouden gesnaaid hebben
zij zouden gesnaaid hebben

Gebiedende wijs
snaai

Aanvoegende wijs
snaaie

Voorbeelden

  1. Hij heeft de Snaai.
    He 's got the Snitch!
  2. Meestal iets te snaaien.
    usually Pudding Pops.
  3. En als ik geld moest snaaien... voor' m...
    An' whenever I would go out to snatch some money
  4. Ik ga wat drank snaaien voor deze parkiet.
    I 'll grab some hooch for this parakeet.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden