Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: slagregenen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geslagregend

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik slagregen
jij slagregent
hij slagregent
wij slagregenen
jullie slagregenen
zij slagregenen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geslagregend
jij hebt geslagregend
hij heeft geslagregend
wij hebben geslagregend
jullie hebben geslagregend
zij hebben geslagregend

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik slagregende
jij slagregende
hij slagregende
wij slagregenden
jullie slagregenden
zij slagregenden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geslagregend
jij had geslagregend
hij had geslagregend
wij hadden geslagregend
jullie hadden geslagregend
zij hadden geslagregend

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal slagregenen
jij zult slagregenen
hij zal slagregenen
wij zullen slagregenen
jullie zullen slagregenen
zij zullen slagregenen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geslagregend hebben
jij zult geslagregend hebben
hij zal geslagregend hebben
wij zullen geslagregend hebben
jullie zullen geslagregend hebben
zij zullen geslagregend hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou slagregenen
jij zou slagregenen
hij zou slagregenen
wij zouden slagregenen
jullie zouden slagregenen
zij zouden slagregenen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geslagregend hebben
jij zou geslagregend hebben
hij zou geslagregend hebben
wij zouden geslagregend hebben
jullie zouden geslagregend hebben
zij zouden geslagregend hebben

Gebiedende wijs
slagregen

Aanvoegende wijs
slagregene

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden