Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: signaleren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gesignaleerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik signaleer
jij signaleert
hij signaleert
wij signaleren
jullie signaleren
zij signaleren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gesignaleerd
jij hebt gesignaleerd
hij heeft gesignaleerd
wij hebben gesignaleerd
jullie hebben gesignaleerd
zij hebben gesignaleerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik signaleerde
jij signaleerde
hij signaleerde
wij signaleerden
jullie signaleerden
zij signaleerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gesignaleerd
jij had gesignaleerd
hij had gesignaleerd
wij hadden gesignaleerd
jullie hadden gesignaleerd
zij hadden gesignaleerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal signaleren
jij zult signaleren
hij zal signaleren
wij zullen signaleren
jullie zullen signaleren
zij zullen signaleren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gesignaleerd hebben
jij zult gesignaleerd hebben
hij zal gesignaleerd hebben
wij zullen gesignaleerd hebben
jullie zullen gesignaleerd hebben
zij zullen gesignaleerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou signaleren
jij zou signaleren
hij zou signaleren
wij zouden signaleren
jullie zouden signaleren
zij zouden signaleren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gesignaleerd hebben
jij zou gesignaleerd hebben
hij zou gesignaleerd hebben
wij zouden gesignaleerd hebben
jullie zouden gesignaleerd hebben
zij zouden gesignaleerd hebben

Gebiedende wijs
signaleer

Aanvoegende wijs
signalere

Voorbeelden

  1. We laten hem signaleren.
    We 'll put a call out.
  2. We signaleren' n wapen.
    Picking up a weapon signature.
  3. We signaleren iets. 500 meter.
    We got movement out there, 500 meters.
  4. Satellieten signaleren weinig vijandelijke beweging.
    Satellites show minimal enemy movement on the coast.
  5. Alle primaire pompen signaleren groen.
    All primary pumps report green.
  6. Anderen signaleren hem op verschillende schietbanen.
    Other witnesses see him at different firing ranges.
  7. Pajetta tikt ermee om te signaleren.
    Pajetta taps out signals with it.
  8. Mij was opgedragen de vijand te signaleren.
    I was under orders to spot enemy troop movement.
  9. Jaro' s mannen zullen elk schip signaleren.
    Jaro 's forces will be scanning for vessels.
  10. Billy, kunnen we Craig Coopers busje signaleren?
    Billy, can we put obs out on Craig Cooper 's van?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden