Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: shapen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geshapet

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik shape
jij shapet
hij shapet
wij shapen
jullie shapen
zij shapen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geshapet
jij hebt geshapet
hij heeft geshapet
wij hebben geshapet
jullie hebben geshapet
zij hebben geshapet

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik shapete
jij shapete
hij shapete
wij shapeten
jullie shapeten
zij shapeten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geshapet
jij had geshapet
hij had geshapet
wij hadden geshapet
jullie hadden geshapet
zij hadden geshapet

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal shapen
jij zult shapen
hij zal shapen
wij zullen shapen
jullie zullen shapen
zij zullen shapen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geshapet hebben
jij zult geshapet hebben
hij zal geshapet hebben
wij zullen geshapet hebben
jullie zullen geshapet hebben
zij zullen geshapet hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou shapen
jij zou shapen
hij zou shapen
wij zouden shapen
jullie zouden shapen
zij zouden shapen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geshapet hebben
jij zou geshapet hebben
hij zou geshapet hebben
wij zouden geshapet hebben
jullie zouden geshapet hebben
zij zouden geshapet hebben

Gebiedende wijs
shape

Aanvoegende wijs
shape

Voorbeelden

  1. Ze zijn als shape shifters.
    They 're like shape shifters.
  2. Maar welke kerel draagt shape-ups?
    But what guy would wear Shape-Ups?
  3. Shape shifters moeten het originele lichaam achterlaten.
    Shape shifters must leave the original body behind.
  4. Een beetje in shape blijven, weet je?
    I want to keep in shape, you know?
  5. Hij is een shape-shifter met bovenmenselijke kracht.
    He 's a shape-shifter with super-human strength.
  6. Is dat niet wat een shape-shifter doet?
    But isn 't that what a shape-shifter does?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden