NL: secondlifen U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.
|
Voltooid deelwoord |
gesecondlifet
|
Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) |
ik secondlife jij secondlifet hij secondlifet wij secondlifen jullie secondlifen zij secondlifen
|
Voltooid tegenwoordige tijd (vtt) |
ik heb gesecondlifet jij hebt gesecondlifet hij heeft gesecondlifet wij hebben gesecondlifet jullie hebben gesecondlifet zij hebben gesecondlifet
|
Onvoltooid verleden tijd (ovt) |
ik secondlifete jij secondlifete hij secondlifete wij secondlifeten jullie secondlifeten zij secondlifeten
|
Voltooid verleden tijd (vvt) |
ik had gesecondlifet jij had gesecondlifet hij had gesecondlifet wij hadden gesecondlifet jullie hadden gesecondlifet zij hadden gesecondlifet
|
Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt) |
ik zal secondlifen jij zult secondlifen hij zal secondlifen wij zullen secondlifen jullie zullen secondlifen zij zullen secondlifen
|
Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt) |
ik zal gesecondlifet hebben jij zult gesecondlifet hebben hij zal gesecondlifet hebben wij zullen gesecondlifet hebben jullie zullen gesecondlifet hebben zij zullen gesecondlifet hebben
|
Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt) |
ik zou secondlifen jij zou secondlifen hij zou secondlifen wij zouden secondlifen jullie zouden secondlifen zij zouden secondlifen
|
Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt) |
ik zou gesecondlifet hebben jij zou gesecondlifet hebben hij zou gesecondlifet hebben wij zouden gesecondlifet hebben jullie zouden gesecondlifet hebben zij zouden gesecondlifet hebben
|
Gebiedende wijs |
secondlife
|
Aanvoegende wijs |
secondlife |