Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: schutten

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geschut

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik schut
jij schut
hij schut
wij schutten
jullie schutten
zij schutten

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geschut
jij hebt geschut
hij heeft geschut
wij hebben geschut
jullie hebben geschut
zij hebben geschut

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik schutte
jij schutte
hij schutte
wij schutten
jullie schutten
zij schutten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geschut
jij had geschut
hij had geschut
wij hadden geschut
jullie hadden geschut
zij hadden geschut

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal schutten
jij zult schutten
hij zal schutten
wij zullen schutten
jullie zullen schutten
zij zullen schutten

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geschut hebben
jij zult geschut hebben
hij zal geschut hebben
wij zullen geschut hebben
jullie zullen geschut hebben
zij zullen geschut hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou schutten
jij zou schutten
hij zou schutten
wij zouden schutten
jullie zouden schutten
zij zouden schutten

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geschut hebben
jij zou geschut hebben
hij zou geschut hebben
wij zouden geschut hebben
jullie zouden geschut hebben
zij zouden geschut hebben

Gebiedende wijs
schut

Aanvoegende wijs
schutte

Voorbeelden

  1. jezelf voor schut?
    embarrassing myself?
  2. ... echt voor schut!
    ... so embarrassing!
  3. Mezelf voor schut zetten?
    and get blood on the floor.
  4. Je staat voor schut.
    You 're embarrassing yourself.
  5. Zette mij voor schut?
    Made a fool of me?
  6. Morty ging voor schut.
    They threw the book at Morty.
  7. Ik sta voor schut.
    I feel ridiculous.
  8. Viktor staat voor schut.
    We humiliated Viktor.
  9. Natuurlijk, zette ons voor schut.
    Of course, put us to shame.
  10. De Yamato staat voor schut.
    Yamato is disgraced.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden