Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: salueren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gesalueerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik salueer
jij salueert
hij salueert
wij salueren
jullie salueren
zij salueren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gesalueerd
jij hebt gesalueerd
hij heeft gesalueerd
wij hebben gesalueerd
jullie hebben gesalueerd
zij hebben gesalueerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik salueerde
jij salueerde
hij salueerde
wij salueerden
jullie salueerden
zij salueerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gesalueerd
jij had gesalueerd
hij had gesalueerd
wij hadden gesalueerd
jullie hadden gesalueerd
zij hadden gesalueerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal salueren
jij zult salueren
hij zal salueren
wij zullen salueren
jullie zullen salueren
zij zullen salueren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gesalueerd hebben
jij zult gesalueerd hebben
hij zal gesalueerd hebben
wij zullen gesalueerd hebben
jullie zullen gesalueerd hebben
zij zullen gesalueerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou salueren
jij zou salueren
hij zou salueren
wij zouden salueren
jullie zouden salueren
zij zouden salueren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gesalueerd hebben
jij zou gesalueerd hebben
hij zou gesalueerd hebben
wij zouden gesalueerd hebben
jullie zouden gesalueerd hebben
zij zouden gesalueerd hebben

Gebiedende wijs
salueer

Aanvoegende wijs
saluere

Voorbeelden

  1. Afdeling, salueer.
    Detail. And salute.
  2. Waarom salueer ik?
    Why am I saluting?
  3. Dan salueer ik naar hem.
    Then I salute him.
  4. Wanneer de scheepsvlag omhoog is, salueer alleen voor officieren.
    When the ensign 's aloft, salute only officers.
  5. Kom hierheen en salueer voor me, een groot marinesaluut.
    Come out here and give me a salute, a big Navy salute.
  6. Me nooit salueren.
    Do not salute me.
  7. Vlagvertoon, salueren, wereldpolitiek...
    Flag waving, saluting, world policing
  8. Kameraad, wij salueren je.
    Comrade. Comrade! We salute you.
  9. Ze salueren niet binnen, Gary.
    They don 't salute indoors, Gary.
  10. Volgens mij moet jij ook salueren.
    I think you 're supposed to return it or something.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden