Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: rolschaatsen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gerolschaatst

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik rolschaats
jij rolschaatst
hij rolschaatst
wij rolschaatsen
jullie rolschaatsen
zij rolschaatsen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gerolschaatst
jij hebt gerolschaatst
hij heeft gerolschaatst
wij hebben gerolschaatst
jullie hebben gerolschaatst
zij hebben gerolschaatst

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik rolschaatste
jij rolschaatste
hij rolschaatste
wij rolschaatsten
jullie rolschaatsten
zij rolschaatsten

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gerolschaatst
jij had gerolschaatst
hij had gerolschaatst
wij hadden gerolschaatst
jullie hadden gerolschaatst
zij hadden gerolschaatst

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal rolschaatsen
jij zult rolschaatsen
hij zal rolschaatsen
wij zullen rolschaatsen
jullie zullen rolschaatsen
zij zullen rolschaatsen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gerolschaatst hebben
jij zult gerolschaatst hebben
hij zal gerolschaatst hebben
wij zullen gerolschaatst hebben
jullie zullen gerolschaatst hebben
zij zullen gerolschaatst hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou rolschaatsen
jij zou rolschaatsen
hij zou rolschaatsen
wij zouden rolschaatsen
jullie zouden rolschaatsen
zij zouden rolschaatsen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gerolschaatst hebben
jij zou gerolschaatst hebben
hij zou gerolschaatst hebben
wij zouden gerolschaatst hebben
jullie zouden gerolschaatst hebben
zij zouden gerolschaatst hebben

Gebiedende wijs
rolschaats

Aanvoegende wijs
rolschaatse

Voorbeelden

  1. Ze werd geslagen met een rolschaats.
    She was beaten with a skate.
  2. Ik werk voor verplaatsingskosten, daarom rolschaats ik.
    I work for gas money, which is why I skate.
  3. Wel, veiligheid nam mijn rolschaats moersleutel weg.
    Well, security took away my rollerskate wrench.
  4. Rolschaats serveuse bij Bill' s Hilltop Drive-in.
    Roller - skating waitress at Bill 's Hilltop Drive - ln.
  5. Dat zijn Larry' s rolschaats sporen door haar bloed.
    Those are Larry 's rollerskating tracks through her blood.
  6. Ik vraag me af hoe Kelly het doet op haar nieuwe baantje als rolschaats serveuse.
    I wonder how Kelly 's doing on her new roller - skating waitress job.
  7. Heb je rolschaatsen?
    You got rollerblades?
  8. Kon jij rolschaatsen?
    You used to skate?
  9. Je bedoelt rolschaatsen.
    You mean roller skate.
  10. Rolschaatsen is leuk!
    Roller skating is fun.

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden