Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: roezemoezen

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
geroezemoesd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik roezemoes
jij roezemoest
hij roezemoest
wij roezemoezen
jullie roezemoezen
zij roezemoezen

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb geroezemoesd
jij hebt geroezemoesd
hij heeft geroezemoesd
wij hebben geroezemoesd
jullie hebben geroezemoesd
zij hebben geroezemoesd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik roezemoesde
jij roezemoesde
hij roezemoesde
wij roezemoesden
jullie roezemoesden
zij roezemoesden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had geroezemoesd
jij had geroezemoesd
hij had geroezemoesd
wij hadden geroezemoesd
jullie hadden geroezemoesd
zij hadden geroezemoesd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal roezemoezen
jij zult roezemoezen
hij zal roezemoezen
wij zullen roezemoezen
jullie zullen roezemoezen
zij zullen roezemoezen

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal geroezemoesd hebben
jij zult geroezemoesd hebben
hij zal geroezemoesd hebben
wij zullen geroezemoesd hebben
jullie zullen geroezemoesd hebben
zij zullen geroezemoesd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou roezemoezen
jij zou roezemoezen
hij zou roezemoezen
wij zouden roezemoezen
jullie zouden roezemoezen
zij zouden roezemoezen

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou geroezemoesd hebben
jij zou geroezemoesd hebben
hij zou geroezemoesd hebben
wij zouden geroezemoesd hebben
jullie zouden geroezemoesd hebben
zij zouden geroezemoesd hebben

Gebiedende wijs
roezemoes

Aanvoegende wijs
roezemoeze

Voorbeelden

  1. Waar roezemoezen ze over?
    What have you got? What 's the buzz?

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden