Werkwoord vervoegen

Typ een werkwoord in één van de talen NL, DE, EN, ES of FR.

Vervoeg

NL: revolteren

U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.

Voltooid deelwoord
gerevolteerd

Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott)
ik revolteer
jij revolteert
hij revolteert
wij revolteren
jullie revolteren
zij revolteren

Voltooid tegenwoordige tijd (vtt)
ik heb gerevolteerd
jij hebt gerevolteerd
hij heeft gerevolteerd
wij hebben gerevolteerd
jullie hebben gerevolteerd
zij hebben gerevolteerd

Onvoltooid verleden tijd (ovt)
ik revolteerde
jij revolteerde
hij revolteerde
wij revolteerden
jullie revolteerden
zij revolteerden

Voltooid verleden tijd (vvt)
ik had gerevolteerd
jij had gerevolteerd
hij had gerevolteerd
wij hadden gerevolteerd
jullie hadden gerevolteerd
zij hadden gerevolteerd

Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt)
ik zal revolteren
jij zult revolteren
hij zal revolteren
wij zullen revolteren
jullie zullen revolteren
zij zullen revolteren

Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt)
ik zal gerevolteerd hebben
jij zult gerevolteerd hebben
hij zal gerevolteerd hebben
wij zullen gerevolteerd hebben
jullie zullen gerevolteerd hebben
zij zullen gerevolteerd hebben

Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt)
ik zou revolteren
jij zou revolteren
hij zou revolteren
wij zouden revolteren
jullie zouden revolteren
zij zouden revolteren

Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt)
ik zou gerevolteerd hebben
jij zou gerevolteerd hebben
hij zou gerevolteerd hebben
wij zouden gerevolteerd hebben
jullie zouden gerevolteerd hebben
zij zouden gerevolteerd hebben

Gebiedende wijs
revolteer

Aanvoegende wijs
revoltere

Voorbeelden

  1. Gouverneurs zullen revolteren.
    Satrapies will revolt.
  2. Als hij tegen Rome wil revolteren, wat verschil maakt dat uit?
    If he 's planning a revolt against Rome, does it matter why? .

Werkwoorden A tot (en met) Z

Nederlandse werkwoorden


Duitse werkwoorden


Engelse werkwoorden


Franse werkwoorden


Spaanse werkwoorden