NL: remodelen
U: Vervoeg zoals `jij`. Men, het, zij (enkelvoud): Vervoeg zoals `hij`.
|
| Voltooid deelwoord |
geremodeld
|
| Onvoltooid tegenwoordige tijd (ott) |
ik remodel
jij remodelt
hij remodelt
wij remodelen
jullie remodelen
zij remodelen
|
| Voltooid tegenwoordige tijd (vtt) |
ik heb geremodeld
jij hebt geremodeld
hij heeft geremodeld
wij hebben geremodeld
jullie hebben geremodeld
zij hebben geremodeld
|
| Onvoltooid verleden tijd (ovt) |
ik remodelde
jij remodelde
hij remodelde
wij remodelden
jullie remodelden
zij remodelden
|
| Voltooid verleden tijd (vvt) |
ik had geremodeld
jij had geremodeld
hij had geëngineerd
wij hadden geëngineerd
jullie hadden geremodeld
zij hadden geremodeld
|
| Onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (ottt) |
ik zal remodelen
jij zult remodelen
hij zal remodelen
wij zullen remodelen
jullie zullen remodelen
zij zullen remodelen
|
| Voltooid tegenwoordige toekomende tijd (vttt) |
ik zal geremodeldhebben
jij zult geremodeldhebben
hij zal geremodeldhebben
wij zullen geremodeldhebben
jullie zullen geremodeldhebben
zij zullen geremodeldhebben
|
| Onvoltooid verleden toekomende tijd (ovtt) |
ik zou remodelen
jij zou remodelen
hij zou remodelen
wij zouden remodelen
jullie zouden remodelen
zij zouden remodelen
|
| Voltooid verleden toekomende tijd (vvtt) |
ik zou geremodeldhebben
jij zou geremodeldhebben
hij zou geremodeldhebben
wij zouden geremodeldhebben
jullie zouden geremodeldhebben
zij zouden geremodeldhebben
|
| Gebiedende wijs |
remodel
|
| Aanvoegende wijs |
| remodele |
Nederlandse werkwoorden
Duitse werkwoorden
Engelse werkwoorden
Franse werkwoorden
Spaanse werkwoorden